Tegen de lichte vechtwagens is op ongeveer 50 M. vóór de brug een hindernis aangelegd bij a (zie fign. 1 en 2) dwars over den weg. Het maken van een coupure in den weg verdient hier geen aanbeveling, omdat daardoor het voorbijtrekken van eigen troepen met voertuigen niet mogelijk zou zijn. De hindernis sluit aan weerszijden van den weg tegen een natte sawah aan, zoodat de wagens er niet omheen kunnen rijden haar ligging is zoo danig, dat zij krachtig onder vuur kan worden genomen door 1 sectie zware mitrailleurs en door twee karabijn-mitrailleurs. Bij nadering van de wagens richten deze wapenen hun vuur op de schiet- en kijkgaten in de pantser-platen. De constructie is in fig. 3 weergegeven. In het midden is een doorgang gespaard voor eigen troepen met voertuigen, welke afgesloten kan worden door 2 balkijzeren sluitbooinen, die aan de balkijzeren stijlen worden bevestigd met kettingen en hangsloten. Aan materialen zijn benoo- digd 2100 KG cement; 5 M3 zand; 8 M3 grind; 12 stuks balkijzer No. 20 lang 3 M. 4 kettingen met hangsloten; gereedschappen tot het maken van gaten in ijzer, 6 klapperstammen. Taak der genietroepen. Het door de sectie genietroepen te verrichten werk omvat: le. Het maken van de hindernis voor vechtwagens enFriesche ruiters vóór de brug. 2e. Het inrichten van de hulpverbandplaats. 3e. Het verbeteren van de communicatie in de stelling. 4e. Het inrichten van een munitiepost voor elke compagnie. 5e. Het treffen van maatregelen tegen brandgevaar (zooals o.m. het afbreken van licht brandbare huizen in de nabijheid der dek kingen, het vormen van een brandpiket bij den aanvang van het gevecht). 6e. Het bouwen van schuilplaatsen tot dekking der sectie zelve. Inrichting van een mitrailleurdekking. Fign. 4 en 5 geven een plattegrond en een doorsnede van een dekking voor respectievelijk een Schwarzlose- en een Vickersmi- trailleur. Deze dekkingen dienen slechts als voorbeeld en kunnen ook op andere wijze worden ingericht. De beide voorpooten der affuit worden in het achtertalud van de frontborstwering ingelaten. Normaal zit de schutter schrijlings op het aan den achterpoot 818 3.20 M. voor sluitbooinen; 2.00 M. 1.70 M. 1.30 M. 1.00 M. ff

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 6