883 voor. Van Britsch-lndië is het Russische Rijk in Midden-Azië gescheiden door het Rijk van Amanullah Khan. Deze organisatie van het Afghaansche Leger is reeds zoo ver gevorderd, dat Afghanistan in staat is om in korten tijd 12 divisies te inobiliseeren. Als bondgenoot van Rusland kan het Rijk van Amanullah dus een groot gevaar vormen voor Britsch-lndië. Maar toch kan juist Afghanistan het struikelblok worden van het Russische aanvalsplan, dat voor wie het lezen wil in ijzeren spoorstaven in Midden-Azie staat neergeschreven. De Russisch-Afghaansche verhoudingen zijn er den laatsten tijd niet op vooruitgegaan. Bij het Russisch-Afghaansche verdrag van 1921 verwierf Rusland het recht tot oprichting van twee consulaten, een in het Zuiden te Herat en een te Mazar i Chériff nabij de Noordgrens. Evenals overal elders werden die Russische Consulaten al heel spoedig krachtige propagandacentra, het eene voor Noord-, het andere voor Zuid-Afghamstan. Deze beide gebiedsdeelen worden gescheiden door den Hindoo Koo. Gedurende 4 a 6 maanden in het jaar (de wintermaanden) zijn troepenbewegingen in dit gebergte uitgesloten en is er geen verbinding tusschen het Noorden en het Zuiden van het land. Het eerste wat de Russen probeerden was de hand te leggen op de ver bindingsmiddelen tusschen deze gebiedsdeelen. Amanullah Khan gaf hun het beheer over de radiostations enden vliegdienst, telegraaflijnen zijn er met. Zoo komt het dat de Russen het in de hand hebben om aan berichten over gebeur tenissen in het Noordelijk deel van het land 14 dagen vertraging te geven. Sovjet-Rusland streeft er naar Afghanistan onder zijn dominatie te krijgen. In het Noorden bedient het zich daarbij van propagandamethoden, die hemels breed afwijken, van die welke in het Zuiden worden toegepast. In het Noor den wil het van de Afghaansche provincies Turkestan en Badakstan bovjet- republiekjes maken. Op beide oevers van de grensrivier de Amee Dana wonen dezelfde rassen en stammen. Ten zuiden van de rivier bestaat een wanbestuur van inhalige gouverneurs en heerschzuchtige kolonisten uit het Zuiden, die zich daar hebben gevestigd, hebben herhaaldelijk door Rusland gefmacieerde in vallen van Turkmeensche benden plaats. Ten Noorden van de rivier heerscht daarentegen rust, orde en welvaart, dank zij de millioenen goudroebels die de Sovjet-Unie aan de vorming van zijn operatie basis ten koste legt. Bij den aanleg van wegen en het herstel der spoorlijnen in de model-repu blieken lokte men tal van arbeiders uit N. Afghanistan naar deze streken. Men ontvin<z hen met groote voorkomendheid en zorgde dat zij met een goed ge- vulden" geldbuidel naar huis gingen. Het gevolg was, dat de in 1921 naar Afg hanistan uitgeweken Basmatchis, weer met hun kudden de rivier overtrokken en natuurlijk hartelijk ontvangen werden. Zoo ontstond in Noord-Afghamstan bij het volk een stemming tot aansluiting bij de Sovjet Unie. In het Zuiden heeft men veel minder succes. Talrijke geldwisselaars togen met Russisch goud naar Kaboel, waar zij de gouden 10 Roebelstukken, met een goudwaarde van 22 shilling, voor 20 shilling (de waarde van het Engel- sche pond) van de hand deden. Zoo kreeg men gemakkelijk contact met de handelaren op de bazars, sloot men handelsrelaties, en effende men den weg voor de communistische propaganda. Het is hetzelfde middel dat Rusland in Arabië kortgeleden onder de pel grims te Djedda toepaste. Door het verkoopen van suiker en meel beneden den marktprijs verdreef het de Engelsch-Indische suiker en het Indische meel van de markt, bracht het economisch nadeel toe aan Engelsche en andere concurrenten, knoopte het connecties aan met alle lagen der maatschappij, en schiep het de kanalen voor de Sovjet-propaganda. De verhouding van Afghanistan tct Sovjet-Rusland is door het grensgeschil over het bezit van het eiland Urta Tagai dat ongeveer 6000 KM2 groot is en ontstaan is doordat het stroombed van de Amoe Daria zich in 1919 naar het Noorden verlegd heeft, minder goed geworden. In November 1924 werd dit eiland door Rusland, dat de oude grens in eere wilde herstellen, en het eiland als een bruggenhoofd op den Zuidelijken oever wilde uitbouwen, bezet. I en

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 71