BIJLAGE II. Naam berijder paard 929 Toegekend aan tal punten Coëff. punten 1. Binnenrijden in stap, halthouden, groet. 2. Voorwaarts gaan, hoefslag vol gen, o/d R. hand, stap verkorten, uitstrekken en weer verkorten op de lange zijde. 3. Bij c. afwenden, bij e. halthou den, stilstaan met recht paard. 4. Af- en opstijgen. 5. Aangaan, bij de hoefslag op R, hand volgen. 6. Bij a. afwenden, de achterhand voor uitgaande laten wijken voor het L. been tot d., daarna voor het R. been tot b. (Traversstelling). 7. Stap alg. indruk. 8. Hoefslag volgen o/d L. hand en aandraven. 9. Tempo uitstrekken en verkorten langs c., a., d., b; bij het uitstrek ken lichtrijden, daarbij minstens een maal van been verwisselen. 10. Bij c. halthouden en weer aan draven. 11. Bij d. halthouden, achterwaarts gaan (minstens 4 passen) weer aan draven. 12. Bij b. afwenden, bij e. volte L. en volte R. maken. 13. Bij ahoefslag R. volgen, tempo uitstrekken en verkorten langs c, b., d. en a.; bij het uitstrekken licht tijden, daarbij minstens eenmaal van been verwisselen. 14. Bij c. halthouden en weer aan draven. 15. Bij d. halthouden, achterw. gaan (minstens 4 passen) weer aandra ven. 16. Bij a afwenden, wijken voor L. been in traversstelling naar g. 17. Bij a. afwenden wijken voor R. been in travers naar h. 18. draf alg. indruk. 19. Bij d. in galop R. aanspringen. 20. Bij c. volte rechts. 21. Bij a. afwenden. 22. Bij e. in stap overgaan en onmid dellijk weer rechts aanspringen. 6 12 6+ 6 6+ 6 12+12 9+ 9 9 12 9 12+12 6+ 9+ 9 9+ 9 9 12 9+12+12 12+12 Coëff. stap. v/h geheel i/d Coëff. v/h geheel i/d draf.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 35