bij de veldbataljons op Java in de laatste jaren toegenomen en waaraan is dat toe te schrijven. Ten antwoord moge de volgende opsomming dienen. 1. De gewijzigde verlofsbepalingen voor officieren en de invloed van den oorlog op de verloven. 2. Invoering van verloven na langdurigen dienst voor onder officieren en minderen. 3. Vermindering van de formatie van de veld-infanterie en verhooging van de sterkte in de buitengewesten. 4. Invoering en uitbreiding van de karabijnmitrailleurs. 5. Onttrekken van paardenoppassers aan de gewone sterkte. 6. Uitbreiding van de wacht-, transport-, bewakings- en andere diensten. 7. Inkrimping van het aantal depotbataljons. ad. 1. Hoewel de wijziging van de verlofsbepaling voor offi cieren (verloven na 6 jaar, vroeger na 10 jaar) reeds lang geleden heeft plaats gehad, heeft het geruimen tijd geduurd voordat die bepalingen hebben doorgewerkt. Dit is voor een groot deel ook te wijten aan den oorlog, toen het aantal verlofgangers gering werd en de in Europa vertoevende officieren niet of ongeregeld terug kwamen. In de jaren kort na den oorlog brak wederom een abnormale tijd aan. Alle verlofgangers kwamen uit Europa terug, terwijl een bijzonder groot aantal officieren met verlof vertrok. De nadeelige gevolgen van deze omstandigheden zijn nog steeds merkbaar. Groote schommelingen als deze, waarbij nog te voegen ingrijpende wijzigingen in de legersamenstelling, werken in een groote organisatie als het leger nog zeer geruimen tijd na. De promotie is in de war geloopen, zoodat het noodzakelijk werd de promotie tot majoor op kunstmatige wijze te bevorderen. Hoe noodig het ook is geweest om tot dien maatregel over te gaan toch is tengevolge daarvan het aantal overplaatsingen toegenomen omdat de „extra majoors, die kapiteins diensten moeten verrichten geplaatst dienen te worden in betrekkingen, die zoowel door een kapitein als door een majoor kunnen worden vervuld. Echter is dit alles van voorbijgaanden aard, de normale toestand zal terug- keeren, zoodra de nieuwe legersamenstelling voldoende zal hebben doorgewerkt. ad. 2. De invoering van verloven na langdurigen dienst voor Europeesche onderofficieren heeft mede bijgedragen om het aantal overplaatsingen onder deze categorie van militairen te vergrooten. Hetzelfde geldt voor de verloven aan de overige militairen. Waar het bovendien noodzakelijk is om de troepen in de buitengewes ten steeds op volle sterkte te houden, drukken de gevolgen van de verlofsregeling bijna uitsluitend op de Java-troepen. ad. 3. Voor overplaatsing naar de buitengewesten komen in hoofdzaak in aanmerking de militairen van de veldbataljons en voor wat de minderen betreft alleen de niet Europeesche militairen. 902

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1927 | | pagina 8