in de bestrijding ontdekt. Daar werden ook verschillende andere
dierziekten onderzocht en ook veel voedselproeven genomen.
De noodzakelijkheid van dergelijke veterinairwetenschappelijke
inrichtingen kwam steeds meer uit, daar telkens nieuwe vragen
bij bekende ziekten op te lossen waren en ook tot nog toe onbe
kende of weinig bekende ziekten optraden bv. in Rusland de Run
derpest en daarmee verwante ziekten. Verder werden er verschil
lende vogelziekten bestudeerd.
De dieren van de civiel bevolking stonden ook onder toezicht
van de paardenartsen. Zoo werden b. v. in het gewest Grondo
(West-Rusland) van meer dan 80.000 paarden bloedpreparaten
onderzocht.
Het gevolg was dat bij een latere requisitie van de 12000 paar
den slechts één Kw. Dr. ziek was.
Om een klein inzicht te geven van het kolossale werk aan de
bloedonderzoekstations verricht, de volgende cijfers
In 1915 werkten 22 stations, waarvan 9 verplaatsbare.
Onderzocht werden 125590 bloedpreparaten.
9 139 Kw. Dr. 0,43%
15 984 Kw. Dr. verdacht 0,75
Dat is gemiddeld per maand per station 16 949 en per verplaats
baar station 5 286, onderzoekingen.
In 1916 eveneens 22 stations
3 900 297 onderzoekingen, waarvan 8 489 0,22 Kw Dr
In 1917
4 733 496 onderzoekingen, waarvan 6 432 0,136 Kw. Dr.
In 1918 25 stations
4 809 658 onderzoekingen, waarvan 11 888= 0,105 Kw. Dr.
Verschillende paardenartsen en paardenverplegers zijn aan
Kwaden Droes gestorven.
De Kw. Dr.-bestrijding is echter zoodanig geweest, dat steeds
de troep marschvaardig is gebleven en het moederland niet al te
veel besmet is geworden.
Schurft (Sabiës).
Ook de schurft heeft zijn weg van Oost naar West genomen.
De schurft heeft groote paardenverliezen veroorzaakt en sterk de
marschvaardigheid der troepen beïnvloed, ja zelfs in enkele ge
vallen geheele troependeelen verlamd.
De eerste schurftgevallen traden begin 1915 aan het Oost
front op en breidden zich langzamerhand uit. De eerste onder
kenning werd bemoeilijkt door het in het begin bestaande jeuk-
gevoel wat ook aanwezig is bij de aanwezigheid van luizen en
deze luizenplaag was zeer sterk verbreid.
In vredestijd kwam de schurft bijna niet voor en de enkele
gevallen, welke door de veterinaire politie ontdekt werden aan
122
