ontstaan uit volksplantingen, federaties, de veeten aan het tot stand komen daarvan ten grond liggend, in hoe ver die veeten zich nog doen gelden; vervolgens de hoofden en hunne verwant schap (de vaak tegenstrijdige beoordeelingen met reserve te aan vaarden), hun mate van ontwikkeling, hun gezindheid (conser vatief, modern, loyaal, extremistisch) hun houding sedert de pacificatie Waarmee zij aangetoond, dat het bestaande model der militaire memories naar de behoefte van heden dient gewijzigd te worden en ook, dat een specifieke militaire memorie volstrekt niet over bodig is, nog buiten beschouwing gelaten, dat het bij gebrek daaraan raadplegen van bestuursmemories bij werkzame naturen een neiging tot meebesturen opwekt, die in eersten aanleg critiek, en in tweeden conflicten tot gevolg kan hebben. Een dergelijke memorie moet een aanvulling vormen op het V. P. T. L. vol plaatselijke bijzonderheden en voorbeelden. Voor beelden, die zich in den naasten omtrek afgespeeld hebben met bekende namen van dikwijls nog levende personen trekken meer dan het beste voorschrift of tactiekboek. De memorie mag geen te groot gebied omvatten, dan wordt ze te dik en dus niet ge lezen, ze worde beperkt tot een bepaald patrouillegebied of troepencommando. Zooals werd betoogd, beschikken detachements-, noch troe pencommandanten over eenigszins volledige bronnen. Dergelijke memories zullen dus bij de gewestelijke staven dienen te wor den samengesteld uit de politieke maandverslagen, aangevuld met de (half)jaarlijksche verslagen, behoorende bij de voordrach ten voor Kon. Onderscheidingen, journalen, gevechts- en patrouille- rapporten, memories, enz. Is aldus een stammemorie opgesteld, dan kan van de det. ctn in het desbetreffend gebied gevorderd worden, dat zij wordt bijgehouden en aangevuld met alleen plaatselijk bekende bijzonderheden, waartoe zij, bij overgave van hun commando een aanvullingsmemorie hebben in te dienen. Op die manier wordt de leergang voor den cursus tot zelfonder richt in de actie tegen verzetslieden verkregen en zullen de lessen der ervaring worden geleerd en gekend. 133 Le général de division Galliéni, membre du Conseil supérieur de Ia guerre, a M Ie capitaine Prokos, 4e colonial, Toulon„Bien que soutnises aux prands grincipes de l'art militaire, les opérations coloniales n'en constituent pas inoins, dans leur ensemble, une guerre vraiment spéciale et soumise a des regies particulières que l'on ne peut méconnaitre sans les plus graves inconvé- nients et sans s'exposer aux plus douloureuses surprises. Pendant la période de guerres coloniales que nous venons de traverser, nos jeunes officiers ont pu acquérir ces régies et ces principes, soit directe- ment par leur expérience personnelle, soit indirectement au contact d'officiers plus anciens ayant guerroyé longtemps dans toutes nos colonies. Mais notre empire colonial étant maintenant assis, ces guerres sont devenues et devien- dront de plus en plus rares. L'heure est done venue pour les officiers qui ont participé glorieusement a nos expeditions coloniales, de prendre la plume

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 53