158 modernen gevechtswagen; men moet rekening houden met een snelheid van 25 tot 45 K.M. Schr. gaat na of de artillerie met de haar ten dienste staande hulpmiddelen in enkele minuten den gevechtswagen met zekerheid kan tref fen en neemt daartoe twee wijzen van bestrijding in beschouwing, n. 1. Mit- telbares Richten mit Sperreschieszen en Unmittelbares Richten mit Gabelbil- dung. Schr. komt niet tot een bepaalde conclusie. De bekende schrijver op chemisch gebied, Dr. Hanslian, geeft eene studie Die militarische Brandstiftung«. Hiermede bedoelt de schr. de handeling welke beoogt 's vijands eigendommen (huizen, artillerie- en andere parken, magazijnen, luchtschepen, korenvelden, enz.) welke direct of indirect van dienst kunnen zijn voor de oorlogshandelingen, door vuur te vernielen. Schr. be schouwt de verschillende hulpmiddelen (brandstichtende stoffen, brand- munitie) in het algemeen en voorts de door verschillende oorlogvoerenden toegepaste middelen, om ten slotte na te gaan welke rol de „militarische Brandstiftung" in een toekomstoorlog zou kunnen spelen. De schrijver eindigt zijn studie met erop te wijzen, dat nog niet bekend is welke gevolgen een springen op groote schaal van de gasbuizen en een defect geraken van de electrische geleidingen in de steden met zich zouden kunnen sleepen. Generaal Rohne verrijkt de vakliteratuur met eene bijdrage: Beitrag zuiti Studium der leichien und schweren Feldgeschiitze der Zukunft." Het is, alzoo voor de artilleristen, een lezenswaardig artikel. Schr. wenscht aan de hand van het opstelKorpsartillerie eines neuzeitlischen Heeres (Art. Rundsch. April en Juni en I. M. T. No. 7 en 9) de daarin aan de verschillende geschutsoorten gestelde eischen uit een artiileristisch-technisch oogpunt te be lichten en na te gaan of en in hoeverre die eischen verwezenlijkt kunnen worden. Het doel van den schr. is daarenboven om aan te toonen, dat voor stellen met betrekking tot het invoeren van nieuwe geschutsoorten, nauwgezet op uitvoerbaarheid moeten worden bekeken en dat nimmer verzuimd mag worden de eischen waaraan de projectielen moeten voldoen te vermelden. Ten slotte moge de aandacht gevestigd worden op de artilleristisch-tacti- sche opgave, waarin o.a. de vooruitgeschoven stelling wordt behandeld. De oplossing bevat een uitvoerig artillerie-bevel voor de bezetting van een voor uitgeschoven stelling en voor de verkenning en voorbereiding van de hoofd stelling. Mil. Wochenblatt 1927 No. 13. Onder het opschrift Zukunftsdivision" worden aan de hand van de vroeger verschenen artikelen „Das Infanterie- regiment der Zukunft" en „Leichte Truppen" (zie M.W. no. 48 en no 3 van 1927 en I. M. T. no. 9) gedachten geuit met betrekking tot de samenstelling van de toekomstige divisie Schr. constateert: „in verband met de vliegereskaders van den tegenstander, kan men geen sterke troepen-massa's meer langs de wegen verplaatsen. Men moet de troepenmacht daarom in kleinere afdeelingen splitsen, die elk zelfstandig een gevecht moeten kunnen voeren". Het toekomstige regiment vormt zoon zelfstandige eenheid, welke de schrijver met den naam gemengde brigade betitelt. Een divisie zal 3 van die gemengde brigades moeten tellen en bovendien zware artillerie, luchtafweer-artillerie, een vlieg- tuigafdeeling, tankafdeeling, wegenbouwafdeeling, 1 a 2 bataljons op gepant serde auto's, elk bataljon bijv. bestaande uit 2a 3 geweer- en 1 mitrailleur compagnie (alles zooveel mogelijk gemotoriseerd) en voorts een regiment cavalerie. Een ongenoemde schrijver wijst op de wenschelijkheid van een speciale •»Aufklarungscompagnie" per regiment, die schr. zich denkt te bestaan uit een sectie bereden infanterie, 1 sectie wielrijders, 1 sectie op terreinwagens, elke sectie met 2, de laatste met 4 lichte mitrailleurs Een volgend hoofdstuk behandelt »Die kriegschemische Ausbildung der Ro ten Armee". Het gaat om een oorlogschemische oefenplaats, waar de troepen in den meest uitgebreiden zin geoefend worden in hetgeen noodig is om zich voor de besmetting door gassen te vrijwaren. Voorts wordt melding gemaakt van het Fransche voorloopige voorschrift voor de camouflage. Het wordt kort besproken. Als een der hoofdbeginselen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 78