3. GESPREKKEN OVER TACTIEK.
Ill
door
C. D. LAGERWERFF.
A. Het manoeuvreeren met twee partijen had toch ook zijne
nadeelen.
I. Wat ik hiervoren heb gezegd, heeft ook niet de bedoeling
het bepaalde in het A. V. af te keuren, doch wel is het noodig
er op te wijzen, dat deze methode hooge eischen aan de leiding
stelt en dat bij verkeerde toepassing zeer veel verwarring en onze
kerheid kan worden gesticht.
Maar nu zijn we werkelijk te ver afgedwaald en wordt het tijd
tot ons punt van uitgang terug te keeren.
Het uitzenden van de cavalerie verschafte zekere gegevens, die
van nut waren, en waar ik U op wees. Doch over het belangiijkst
resultaat dat de verkenning gaf, sprak ik nog niet.
Van het meeste belang is dat bericht, hetwelk de nadering van
den vijand meldt. De toestand van rust bij den vijand of het weg-
marcheeren houdt geen directe bedreiging in. De naderingsmarsch
daarentegen wel.
Een zeer belangrijke factor komt nu in het geding, een factoi
van primaire grootte, n. 1. het gevechtsterrein!
Zoodra toch is vastgesteld, dat op een bepaald tijdstip twee
troepenmachten zich op bepaalde plaatsen bevinden, en naar
elkaar toe marcheeren, ontstaat de mogelijkheid het vermoedelijk
gevechtsterrein in beschouwing te nemen.
A. Ge bedoelt dat, aannemende dat beide partijen even snel
marcheeren, wat als regel het geval zal zijn, door halveering van
den afstand het ontmoetingsterrein is bepaald.
I. Tenzij een der partijen een ander terrein voor de ontmoeting
uitkiest.
A. Gij wilt hiermede toch niet zeggen, dat ge den marsch
staakt terwille van het terrein?
I. Zeer zeker!
A. En Uw opdracht dan en wanneer de vijand nu hetzelfde
doet?
179