binding, geneeskundige dienst, munitie, G. T. en verpleging mogen niet worden vergeten. Steeds moet aan het luchtwapen worden gedacht. Voor de bespreking op de onderscheidene pun ten in het terrein en voor een eventueele slotbe- spreking gelden de algemeene grondslagen van het A. V. O., waarbij de bijzondere aandacht wordt gevestigd op 3 (3). De beoordeeling van de uit het besluit voort vloeiende tactische handelingen zal zich (derhalve) bepaaldelijk moeten richten op de vraag of de tot die handelingen strekkende bevelen getuigen van vastheid van wil. Daarna komt de kwestie van de redelijkheid van het besluit als zoodanig aan de orde. Tijdig voor eene bespreking, stelt de leider ieder der deelnemers in kennis met het door hern- A. V. O. 9 (2) (3). zelf opgesteld besluit en de in aansluiting daaraan uitgevaardigde bevelen, waarna de vergelijking van het eigen werk der deelnemers met dat van den leider de stof oplevert tot een voor alle deel nemers belangwekkende bespreking. Die vergelij king moet plaats hebben met een stilzwijgen der deelnemers kan niet worden volstaan. A. V. O. 9 (4). In beginsel zal de leider er zich van onthouden ongevraagd kennis te nemen van het werk dei- deelnemers zulks om elk schoolsch karakter aan zijne leiding te ontnemen. Bij eene slotbespreking wordt alleen datgene behandeld wat van beteekenis en in 't algemeen belang is; daarvan wordt zoowel het goede als het foutieve behandeld (gezamenlijk bevel in stede van afzonderlijke bevelen, te groote ontwikkelings ruimten, geen rekening houden met luchtwapen, geen bericht zenden aan hoogerhand, algemeene opdrachten aan mitr. dan wel het overlaten van deze aan den commandant, in stede van scherp omschreven opdrachten, enz.). Het kleingoed, kleine fouten in den loop der oefeningen geble ken, alles wat slechts van eene nevenbeteekenis is. wordt gedurende de oefening afgedaan. Op deze wijze wordt de slotbespreking koii en pakkend. I.M.T. 1927. blz. 236. A.V. O. 1-3 A. T.V. 5. 174

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 8