260 den van de verbindingstroepen van de Genie zijn eigenaardige bezwaren heeft. Kapitein Lagerwerff, enthousiast infanterist en mitraillist, schrijft over Voorschriften, Reglementen en Organisatie voor de mitrailleurcompagnieën. Schr. zegt van de omwapening (uitboring van den M '08 tot een grooter kaliber) „Wat onze omwapening aangaat, met uitgeboorde M'08 en zwaardere affuitage, daar is overtuigend aan te toonen, dat de theoreticus en de tech nicus (N. S. S. -C') een krachtiger woord heeft kunnen doen hooren dan de tacticus. Schr. is geen voorstander van deze kalibervergrooting, want zegt hij ,Maar de tacticus vraagt een lichten mitrailleur (te lezeneen lichtenzwaren- ,mitrailIeur-C') om met de voorste strijdersgroepen mee naar voren te komen" en voorts doch men doet dan niet anders dan die wapens langzaam maar zeker te dringen naar een klasse van zwaardere wapens en daarmee naar tactische mogelijkheden, die steeds minder tot directen steun der voorste strijdersafdeelingen leiden". Daarna keert schrijver zich tegen de organisatie van de mitrailleurcompagnie van het bataljon in 4 sectiën van 3 stukken. Schr. verkiest de indeeling in 3 sectiën van 4 stukken, welke 2 aan 2 halfsectiën vor men en geeft een uitgewerkt voorbeeld (tabel) van een dergelijke organisatie, welke als voorname voordeelen boven de eerst genoemde organisatie heeft' dat ze soepeler is, dus zich beter aanpast aan het infanteriegevecht. De tacti sche aanwending van de mitrailleurcompagnie eiseht groote soepelheid om aan roePlnê'steun aan de infanterie tot het uiterste, te kunnen voldoen. Wij kunnen ons, we zeiden het reeds eerder (zie I. M. T. No. 2), gelukkig prijzen, dat we voor de sectie van 3 stukken gespaard zijn gebleven. Voor een werkelijk „infanteristisch" gebruik is, ook uit schiettechnisch oogpunt, de sectie van 2 X 2 stukken te verkiezen. In aansluiting met het artikel over radioverbindingen, voorkomende in J ,s zeer lezenswaard een opstel Beschouwingen betreffende de toepassing van de radio voor militaire doeleindenvan kapitein der Genie Sparenburg. Schr. noemt de voor- en nadeelen van dit verbindingsmid del op en concludeert daaruita. men dient zich geen overdreven voorstel ling te vormen van de snelheid, waarmede een radiobericht zijne bestemming zal bereikenb. uit een oogpunt van bevordering van een regelmatige be- richtenwisseling en van radiocamouflage is het geboden, het aantal per° radio te verzenden berichten zooveel mogelijk te beperken en hun inhoud zoo kort mogelijk te maken. Vervolgens geeft schr. eenige beginselen aan waarmede bij radioverkeer rekening moet worden gehouden. Het opstel moge in de aandacht van den lezer worden aanbevolen; de schr. is geen groot verheer- lijker van radioverbindingen voor het leger. Van radiotelefonie zegt hijAlles bijeengenomen bestaat er naar mijne meening voorloopig weinig aanleiding, ook al uit een oogpunt van kosten, om over te gaan tot invoering van radio telefonie bij het leger. Orgaan van het Indisch Genootschap, blz. 89 118 bevat het verslag van de vergadering van 11 November, waarin door Mr. Dr. Schumann een voordracht werd gehouden over i>Ontwerp tot wijziging van de Staatsinrich ting van Ned. Indië". De klare en duidelijke rede, waarin met onpartijdigheid en zorgvuldigheid ook de argumenten der tegenstanders tot hun recht komen moge worden aanbevolen. Orgaan Krijgswetenschappen He aflevering 1927 1928. Vechtwagens en hunne bestrijdingook in verband met Nederlandsche terreinen en toe- standen door majoor J. Harberts. Een goed overzicht van den stand van het vechtwagenvraagstuk, waarin achtereenvolgens worden besproken, de ontwikkeling der vechtwagens tijdens den oorlog, id. na den oorlog, de vechtwagentactiek, de mogelijkheid van een optreden op Hollandsche terreinen en den afweer. Wat de ontwikkeling ]'n de na-oorlogsjaren betreft, wijst schr. in het bijzonder op: het streven der militaire mogendheden om in een toekomstigen strijd de ellende van een stellingoorlog te vermijden, de verhooging van de operatieve bewegelijkheden van de vechtwagen (verbetering van den rupsband, radrupsbandconstructie), vermindering van kwetsbaarheid door groote snelheid en betere pantsering,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 94