vaste, stations op te richten, waarmede dan een verkeer van of naar de troepen plaats heeft. Algemeene beginselen. Overeenkomstig de opdrachten van den bataljons-commandant regelt en leidt de commandant van de verbindingsafdeeling den technischen aanleg. Hij moet steeds in persoonlijke voeling met den bataljons-commandant blijven, ten einde voortdurend over de voornemens van dezen en den tactischen toestand op de hoogte te zijn, dienovereenkomstig het terrein in beschouwing nemen, om zoodoende te rechtertijd de benoodigde verbindingen te kunnen voorstellen en voorbereiden. Bovendien moet hij zorgen voor het onderhoud, de bruikbaarheid en de aanvulling (bijtijds) van het materieel. Zijn taak is om de bevolen verbindingen met een minimum van krachten en materieel tot stand te brengen. Door een vroegtijdig beschikbaar stellen van nog niet of niet meer benoodigde ver bindingen, heeft hij met vooruitzienden blik een reserve aan per soneel en materieel gereed gehouden op die plaatsen, waar zulks, gelet op den komenden tactischen toestand, noodig is voor een vlotten verderen uitbouw van verbindingen. Om een vlot en deugdelijk aansluiten der verbindingen te waar borgen, moeten de commandanten der verbindingsafdeelingen, die met elkander moeten samenwerken, elkander vroegtijdig over de bevolen en voorgenomen maatregelen inlichten en verder op de hoogte houden. Dikwijls is een zelfstandige wederkeerige ondersteuning, ook buiten de grenzen van de eigen strook, noodig om tijd, krachten en materieel te besparen. Van aanwezige verbindingsmiddelen, b.v. dra den langs wegen, moet gebruik gemaakt worden. De aanwezigheid dient te worden nagegaan c. q. eene regeling voor het gebruik door verschillende verbindingsafdeelingen te worden getroffen. Het gebruik door den vijand moet worden belet. Het grondbeginsel van den inzet is dat elke staf verantwoor delijk is voor de verbinding met de rechtstreeks ondergeschikte commandanten en met het organiek even hooge troependeel naar rechts. Onafhankelijk hiervan moeten de bedoelde lagere com mandanten alle mogelijke middelen in het werk stellen om de verbinding met den staf hunnerzijds te verkrijgen. Infanteriebatterijen brengen als regel harerzijds de verbinding tot stand met de commandanten der infanterie-eenheden waar mede zij moeten samenwerken. Zulks omdat de verbinding van achteren naar voren gemakkelijker tot stand te brengen en in stand te houden is dan omgekeerd. Het grootste belang in het tot stand komen en blijven daarvan heeft echter meestal de in fanterie. en daarom moet zij de artillerie daarin met alle middelen steunen. 290

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 12