Naar telefoonverbinding moet bij een langerdurend gevecht steeds worden gestreefd. Bij een snel verloopend gevecht vervolging, terugtocht, enz. moet reeds met het oog op het verbruik van materieel en krachten, de grootste beperking in acht worden ge nomen. Draadverbindingen zijn aan veel storing onderhevig en moeten daarom steeds worden gecontroleerd door storingzoekers. Voor het geval van storing moet men het overbrengen van be richten door andere verbindingen, in 't bijzonder door spiegel verbinding, verzekeren. Bij het begin van het gevecht verbindt de regimentsverbindings- afdeeling of den regts.-C. P. met de bataljons- C. Pn. of zij legt naar voren in de richting waarin het zwaartepunt moet worden gelegd een stamlijn aan en richt ter hoogte van de bataljons een regimentskopstation op, waaraan de bataljons zich aansluiten c. q. een regiments-spiegelkopstation. In vele gevallen b.v. onoverzichtelijk terrein, kan het doelmatig zijn, aan elk der bataljons een regimentsverbindingspatrouilie reeds bij de ontwikkeling toe te voegen, om van de plaats van het bataljon, de lijn aan te leggen naar den regimentsstaf of naar het regiments kopstation. In het regimentsbevel moet zulks duidelijk tot uiting komen, ook hoe de bataljons eventueel verbindingen moeten op nemen met de kopstations, daar zulks afhankelijk is van den tacti- schen toestand (b.v. reserve of gevechtsgroep). Vordert de aanval, dan moet bij het gebruik van een regiments kopstation, de regimentsverbindingsafdeeling met de lijn dicht achter de infanterie blijven om den bataljons-commandanten bij een verandering van stelling naar voren in den kortsten tijd de aansluiting naar het nieuwe kopstation mogelijk te maken. Overtollig geworden draadmaterieel moet onverwijld worden opgenomen en gereed gehouden voor een ander gebruik. De verbinding van het regiment met een bataljon ver af wordt bespoedigd wanneer de beide verbindingsafdeelingen elkander tegemoet komen. Krijgt het gevecht bij sterken weerstand een hardnekkig ka rakter, dan moeten rechtstreeksche draadverbindingen naar de bataljons worden gelegd, welke zoo mogelijk door spiegelver bindingen enz. vervolledigd moeten worden. De verbinding met de bataljons in de strook waar het zwaarte punt wordt gelegd moet met alle beschikbare verbindingsmid delen worden verzekerd. Binnen het bataljon bepalen zich de draadverbindingen in het ontmoetingsgevecht tot 1 a 2 lijnen naar de compagnieën. In het bewegingsgevecht zal de telefoonverbinding dikwijls te laat komen, doch in elk gevecht komen tijden van stilstand voor en dan is het zeer gemakkelijk als men er over beschikken kan (ook manoeuvre-ervaring). 292

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 14