Een goed physiek, een hoog moreel en vaardigheid in het ge bruik van de verschillende wapens stempelen den soldaat ook in het hedendaagsch gevecht tot een goed strijder. Dit als einddoel te bereiken moet het richtsnoer bij de opleiding zijn. Vooral eene goede behandeling van en het juist schieten met de automatische wapens moet voor den infanterist van het meeste belang worden geacht. Waar de hoofdvuurkracht van de infanterie op het gebruik van de machinegeweren berust, is het een eisch dat alle manschappen de bediening van dat wapen kennen, teneinde het nuttig effect in het gevecht tot den hoogsten graad te kunnen opvoeren, want de vuurkracht van dat wapen blijft onverminderd, zoolang nog een enkele man uit den groep in staat is het goed te bedienen. Bij dit alles moet echter niet uit het oog worden verloren dat ook nu nog tucht de grondpeiler is, waarop het leger rust. „Die Truppe war für den Angriff 1918 besser vorbereitet und „ausgebildet als je, selbst 1914. Auch die Stimmung war gut. Aber ,.nachgelassen hatte die Disziplin, die Manneszucht. „Das lag daran, das eben die meisten der aktiven Offiziere und „Unteroffiziere aus dein Frieden her der grünen Rasen deckte." Bauer. „Par une ironie du destin ce chef (Pétain) qui était adoré de la „troupe eut a subir comme premiers événements de son règne la „plus redoutable épreuve a la quelle un chef puisse s'attendre: „les mutineries. Elles élactèrent dans 16 corps d'armée a la fois „ou a trés peu d'intervalle. Trois ans au Grand Quartier Général." Jean de Pierrefeu. X. De bevelhebber heeft bij het vaststellen van zijne maat regelen in het oog te houden, dat steeds getracht moet worden de troepen in gevechtsvaardigen toestand aan den vijand te brengen. Zal hierbij de invloed van de vredesopleiding, oefening, training en verpleging zich al doen gelden, voornamelijk zal dit doel moeten worden bereikt door het zooveel mogelijk sparen van de krachten van den soldaat bij de marschen voorafgaande aan het gevecht en tijdens de verplaatsingen op het gevechtsveld. Dit laatste heeft de bevelhebber in zooverre in de hand omdat door een juist beoordeelen en goede keuze van het gevechtsterrein aan de eigen troepen vele moeilijkheden kunnen worden bespaard. Den vijand de nadeelen, de eigen troepen de voordeelen van het terrein te laten, ook uit een oogpunt van beweegbaarheid (in over eenstemming met de tactische eischen) getuigt van het klare inzicht van de aanvoering betreffende het groote belang om den troep in gevechtsvaardigen toestand aan den vijand te brengen. 312

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 34