de bedoelde mitrailleurs aan te grijpen. Als dat is geschied, zal ik met alles wat mij nog overblijft weder een aanval doen; mijn verliezen zijn intusschen zeer zwaar, bekend is reeds, dat de volgende officieren dood of gewond zijn Luit. Becker, Flo- rent en Paquis en vaandrig Sorin." De Reg Cdt. antwoordt hierop laconiek: „Reken niet op de compagnieën van het neven-regiment; zij hebben een bijzondere opdracht (telefonisch)." Nu er niets meer te zien is achter den muur, daar ook de tweede aanval schijnt te zijn mislukt, begeeft de Bat. Cdt. zich weer naar zijn Co. P., alwaar hij na elkaar de volgende be richten ontvangt, welke zijn indruk van het gevecht bevestigen a. „13 u. 30. Bericht. De Kap. Debeugny bericht den Bat. Cdt., dat de afdeeling van Luit. Santoni niet vooruit is kunnen komen. Is blootgesteld geweest aan artillerie-vuur, wat juist op de loop graaf lag en daarna aan het flankeerend vuur van de mitrailleurs. Het artillerie-vuur van onze zijde, was onbeteekenend, verge leken bij dat des vijands. Ons vuur heeft het bosch niet ge raakt, geen enkel springpunt in de buurt van de mitrailleurs waargenomen. 3 gewonden, waaronder 2 zwaar." b. „Verzoeke handgranaten, geweergranaten en mitraileur- banden. De Luit. Santoni heeft de eer te berichten, dat de bevolen aanval niet is kunnen worden doorgezet. Tegen den middag hebben de Duitschers een tegenaanval gedaan op de loop graaf, waarin wij stand houden. Na een hevig vuur uit ge weren en lichte mitrailleurs trokken ze weer terug naar hun stellingen aan den rand van het bosch. Ook was de steun van onze artillerie hoogst onvoldoendede meeste mitrail leurs zijn in actie gebleven. De zoom van het bosch, waarop wij moesten aanvallen, is bijna niet beschoten." c. Door een vergissing kwam het volgende bericht bij den Cdt. van het 4e Bat.„Wat moet er gebeuren Het is on mogelijk voorwaarts te komen, daar het geheele terrein door mitrailleurs wordt bestreken. Op mijn rechter vleugel is, geloof ik de Luit. Couturier bezig met een omtrekkende be weging, maar ik zie nog niets verschijnen. 13 u. 50 Luit. Simonet." (6e Bat.) d. „Luit. Guilbert aan den Cdt. van het 4e Bat. 15 u. 55. De geheele Cie is ongeveer 250 M. vooruit gekomen. Rechts is geen verbinding meer, ik heb slechts een paar manschappen van de 14e Cie gezien. Zeer zwaar mitrailleurvuur van links en op de flank, het is onmogelijk het hoofd op te steken. Vele verliezen. Ik heb om zoo te zeggen het doel bijna be reikt, maar ik weet niet of de 14e Cie ook is aangekomen. Als U inlichtingen kunt verstrekken, zou ik die gaarne ont vangen." 333

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 55