Nogmaals, ik kan U geen betere raad geven dan van onze zijde
steeds te streven naar een zoo groot mogelijke vlotheid. Verdrijf
alle mogelijke kleingeestigheid en letterzifterij en blijf steeds onder
alle omstandigheden door de boomen heen het bosch zien. (jij
komt hier het verst mede.
In ieder gewest zijn natuurlijk speciale instructies welke de
details regelen. Het is dus zaak deze bijzondere orders zoo
spoedig mogelijk te leeren kennen. Bovendien regelt de Algemeene
Order van 1927 No. 11 de algemeene verhouding tusschen civiel
en militair.
Een grondige bestudeering van deze order is zeer urgent. Ook
onze brigade-commandanten in de buitengewesten dienen deze
Alg. Order te kennen.
Alvorens van het onderwerp patrouille-diensten af te stappen,
valt er nog een enkel punt te bespreken en dat is het gebruik
van spionnen en (of) gidsen. Vaste regels zijn daarvoor natuurlijk
niet te geven en zal een ieder naar bevind van zaken zijn maat
regelen moeten nemen. Een enkele goede raad is hier echter wel
orT zijn plaats! Bedenk steeds dat het gebruik van spionnen een
noodzakelijk kwaad is. Dikwijls kunt ge er niet buiten, doch tracht
het gebruik tot een minimum te beperken. Tracht steeds de
beweegreden te weten te komen waarom een bepaald persoon
zich als spion komt aanmelden. Jalouzie, onderlinge veete zijn
dikwijls de beweegredenen, en in dergelijke gevallen is degeen
die U zijn diensten komt aanbieden beter te vertrouwen dan
wanneer ge met een beroepsspion te maken hebt. Laat een spion
of berichtgever nimmer openlijk met U spreken want „men
(degenen die er belang bij hebben al Uw gangen te bespieden)
heeft onmiddellijk in de gaten wie Uw berichtgever is. Geef een
spion nimmer Uw volle vertrouwen en combineer c.q. vergelijk
zijn berichten steeds met andere gegevens die U ten dienste
staan. Heeft een spion U eenmaal een goed bericht gebracht of
een belangrijke dienst bewezen, betaal hem dan goed, doch
gebruik hem dan bij voorkeur geen tweede maal meer en neem
hem zoo noodig in bescherming tegen zijn eigen volk. Het gebruik
van gidsen is wel eens noodig doch in het algemeen genomen
moet men er naar streven om een zoodanige terreinkennis op te
doen dat het gebruik van gidsen eveneens tot een minimum
beperkt blijve. Maakt ge er echter gebruik van, betaal hen dan
ook voor hun prestatie; ge kunt het op Uw patrouille-rekening
terugvragen.
Gaan we nu over tot
ad. A. III. De administratie van het detachement. Dit is een
zeer belangrijk onderdeel, waar de officier op een post zich veel
en dikwijls mede bemoeien moet. Meestal is hiervoor organiek
een sergeant-majoor-administrateur c. q. met fourier of een ge
schikt fourier voor uitgetrokken. Op kleinere posten gebeurt het
369