zoodat later bij de indiening van de periodieken het werk niet stagneert door gebrek aan (of onnauwkeurige) gegevens. Deze wenk slaat in hoofdzaak op de verantwoording van de munitie aan het einde van ieder kwartaal en op de indiening van het munitielivret aan het einde van het jaar. Het is geen veel-omvattend of moeilijk werk doch het eischt orde en accu ratesse ad. B. IV. De geneeskundige dienst. Het komt slechts zelden meer voor dat er posten zijn zonder officier van gezondheid of ziekenverpleger Treft ge zoo'n post of is op Uw post de dokter tijdelijk afwezig, dan is het noodzakelijk dat ge zélf toezicht uitoefent op het ziekenrapport, de ziekenzaal en de verstrekking van medicijnen, of dit door een van Uw officieren laat doen. De Geneeskundige Handleiding, Gebruiksaanwijzing van genees middelen, en dergelijke voorschriften zullen daarbij wel eens te pas moeten komen. Ook komt het wel eens voor dat de dokter niet zoozeer technische dan wel intellectueele hulp van noode heeft b.v. bij plotseling operatief ingrijpen, sectie, enz. en dan kunt ge er U niet aan onttrekken. Ook op patrouille is toezicht op den geneeskundigen dienst bij de brigade een onafwijsbare eisch, vooral als er sprake is van het prophylactisch verstrekken van chinine en dergelijke. ad. B. V. De veekraal, groententuin enz. Dit zijn geen offi- cieele militaire instellingen en hangen veelal af van het initiatief van den postcommandant. Is er op de post niemand die er hart voor heeft, dan gaan zulke instellingen ook niet goed. Evenals zoovele andere zaken hebben zij steeds en voortdurend toezicht en controle en technische leiding van den officier noodig. Gaan die instellingen echter goed dan kan het geheele detachement er wèl bij varen in de eerste plaats wat betreft de verstrekking van versch vleesch, versche melk, versche groenten enz. en in de tweede plaats het indirecte voordeel dat vele voor een de tachement aangename zaken uit dergelijke fondsen bekostigd kunnen worden. Voor ik van de bespreking der militaire bijwerkzaamheden afstap, wil ik er nog de aandacht op vestigen dat op een post waar meerdere officieren zijn het werk verdeeld dient te worden doch dat bij afwezigheid van een van hen het geheele werk door den andere dient te worden verricht. Zij moeten elkaar dus volrkomen kunnen vervangen in alle genoemde werkzaamheden en administratiën. Het „buitenwerk", de patrouille-dienst, is en blijft hoofdzaak, en het mag dus niet voorkomen dat een officier speciaal thuis blijft omdat de Militaire Sociëteit of veekraal hem niet missen kan. Het in de puntjes overgeven van den dienst is echter niet noodig. Volstaan kan worden met in het kasboek, na de afsluiting daarvan, voor de overgave van het saldo te teekenen en de bijzonderheden van den over-te-geven-dienst op 373

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 95