In open overzichtelijk terrein kan men er van afzien de verkenners hebben als regel hun taak vervuld zoodra de geweermitrailleurs het vuur openen. Tijdens den grooten oorlog deed zich het merkwaardig verschijnsel voor dat de nabijverkenning en nabijbeveiliging op het gevechtsveld verzuimd werden. Het is echter nood zakelijk dat staande of zich bewegende, vooruitgeschoven zijwaarts of op hooge punten in of achter de eerste linie 85 opgestelde of naar voren gebrachte patrouilles de infan terie (en artillerie) voortdurend over alle ge beurtenissen bij de eigen troepen en bij den v ij and op de hoogte houden. Het is buiten twijfel dat een opmerkzame nabijverkenning (beveiliging) bij het voorwaarts gaan beveiligt tegen verrassingen (hin derlagen, vuuroverval uit weerstandskernen, flankaanvallen, enz.) vooral bij het binnen- en doordringen en juist dan werd zulks veel te veel verzuimd. Onder verband houden wordt verstaan het op de hoogte A.T.V. blijven van den algemeenen loop van zaken bij de neven- 160. afdeelingen of naastbijzijnde troepen, zoowel voor- als achterwaarts. De plicht om zulks te doen en daartoe maatregelen te G.V.I. treffen rust zoowel op de commandanten van naast elkaar 113d. vechtende als van niet in gevecht zijnde afdeelingen. 118. De ervaring heeft geleerd dat het zeer moeilijk is 116. dit verband te doen onderhouden door de commandanten R.l. van organiek even hoog naast elkaar vechtende 308e. troependeelen, wanneer een ieder zulks moet doen op eigen 310. gelegenheid (ook bij manoeuvres) en dat het noodig is, even als bij den verbindingsdienst, dat elke staf de maatregelen treft voor het verband tusschen de rechtstreeks ondergeschikte voorste troependeelen en dat deze onafhankelijk daarvan middelen in het werk stellen om het verband hunnerzijds met de andere afdeelingen te verkrijgen en te onderhouden In den oorlog aanschouwde men menigmaal een geringe belangstelling voor het voorwaarts gaan bij de neventroe pen, hetgeen verklaard wordt doordat de opmerkzaamheid van den aanvoerder geheel gebonden is door de gebeur tenissen van het gevecht in de eigen strook, zulks is evenwel een zeer bedenkelijk verschijnsel, want menigmaal gaan daardoor de gunstige oogenblikken tot ingrijpen metflan- keerend vuur of tot afbuigen van reserves (omvatting) ver loren, waardoor het eigen voorwaarts gaan en het g e z a- m e n 1 ij k resultaat (en daar gaat het ten slotte toch om) in gevaar komen. A.T.V. Hier geldt eenzelfde beginsel als geldt bij de algemeene 84 (2). gevechtsbeveiliging. Men mag wel zeggenDe maatregelen 406

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 16