Ik zal U aan de hand van een enkele door mij bijgewoonde oefening mijne bedoeling verduidelijken, want in de tactiek heb ben we ten slotte slechts bijzondere gevallen, er zijn geen nor male gevallen en dus is het ook begrijpelijk, dat er met een algemeen recept kan zijn. Wat ik hiervoren aanvoerde is echter volstrekt niets nieuws. Reeds in het Jaarbericht (Holl.) '25 werd vermeld „Als de vrees voor het vastklampen aan schema's, voor het onvoldoende in rekening brengen van terrein en omstandigheden, van bewa pening en moreel reeds in legers bestaat, die nog zoo kort geleden de werkelijkheid van den oorlog ondervonden heb ben hoeveel te meer zal bij ons, die den oorlog slechts van Ihoo'ren zeggen kennen, de neiging bestaan bepaalde gevechts methoden, vooral die, welke ter overwinning voerden, over te nemen en in alle gevallen toe te passen. Daarbij wordt nog verwezen naar „Die Dogmatik in der Krieg- Welk een waarschuwing ook voor ons en hoe weinig begrepen A In de moderne literatuur leest ge toch ook van de nade- ringsmarsch, voordat de gevechtsaanraking wordt verkregen. Het marcheeren heeft dan plaats in verschillende colonnes die elk over een eigen voorhoede beschikken en door artillerie bij hunne voorwaartsche beweging kunnen worden gesteund. Doch ook dan blijkt, dat men niet weet waar en wanneer tegenstand wordt verwacht, en heerscht er zelfs nog verschil van meening of de beschermende artillerie tegen de vijandelijke artillerie moet worden ingezet of meer voor directe beveiliging van de voorhoeden moet dienen. I. Maar dat is naar mijne meening nu juist het kenmerkende verschil met onze oefeningen. Daar dus een positief weten, dat op weerstand zal worden gestooten (al zal zijn verdere bijzonder heden ook nog niet bekend) met als gevolg de daartegen gerichte maatregelen en bij ons een doormarcheeren totdat op het eene bericht van vijandelijke infanterie de geheele divisie wordt ont plooid, omdat er geen andere kans meer is. Bovendien moet nog worden bedacht dat bij een opmarsch van de legers van een der Grootmachten elke divisie ook tijdens den marsch, buiten aanraking met den vijand, rechts en links is aangeleund aan andere divisiën, dat dus bij den opmarsch reeds een zeer breed front is gevormd. De Indische Divisie heeft nortnaa slechts een hoofdweg ter beschikking en marcheert geheel geïsoleerd dat wil zeggen het terrein rechts en links van den marschweg, als regel ook moeilijk begaanbaar, met door andere troepen geoccupeerd, dus een zeer smal front. De omstandigheden zijn daardoor wel geheel anders, en me het minst uit een oogpunt van verkennen. 418

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 28