A. De toestand is dus eigenlijk voor Blauw niet ongunstig en dat niettegenstaande het plotseling stooten binnen de 5 K.M. I. Ik hoop niet dat gij oorzaak en gevolg verwart. Wanneer Blauw zich uit deze situatie redt, is dit uitsluitend het gevolg van de fout van Rood en het toeval. Denkt U slechts het geval dat de ontmoeting een paar K. M. meer naar het Oosten had plaats gehad en de Pr. Keroed in het bezit van Rood dan had Blauw geen schijn van kans gekregen. Toch is ook nu de toestand van Blauw niet zonder zorgen. Het komt op een juiste samenwerking van de drie regimenten infanterie aan. De Divisiecommandant moet de overeenstemming in handelen tot stand brengen, maar daarbij ter dege rekening houden met wat de vijand doet. Alles hangt hier ten slotte van zijne bevelen af, niet alleen aan de infanteiie maar ook aan de artillerie. A. Is het teruggaan van R. I. 1 in de strook Bodjongneros pl. 99 niet verkeerd. Het teruggaan moet toch zooveel mogelijk in de aanvalsrich ting geschieden en R. i. 1 mag den hoofdweg niet prijs geven. I. Ge moet onderscheid maken tusschen een terugwerpen door den vijand en een vrijwillig teruggaan. In het eerste geval wordt ge door den vijand in een bepaalde richting gedrongen in het tweede geval zal als regel de as van opmarsch ook de as van de teruggaande beweging zijn. Hier hebben we weer een bijzonder geval, waarbij de richting van teruggaan van de frontgroep wordt bepaald door de noodzake lijkheid verband met den linkervleugel te blijven houden. De Pr. Keroed is de spil, waarom de beweging draait en van waaruit deze krachtig kan worden gesteund. Tevens kan dit er toe leiden, dat de vijand bij het volgen in een zoodanige richting wordt verplaatst, dat R. I. 3 de beste kans krijgt den beslissenden stoot snel en over de geheele diepte van het aanvalsfront van den vijand toe te brengen. Zoolang R. I. 3 ten N. van den hoofdweg is, wordt deze bovendien niet prijs gegeven. "A. Gij hebt hier een voorbeeld gegeven hoe de Divisiecom mandant ten slotte de geheele actie in de hand houdt. Zoowel infanterie als artillerie blijven op deze wijze doorloopend den invloed van den bevelhebber ondergaan. Van een zelfstandig handelen van de infanterieregimenten gesteund door artillerie is geen sprake meer. Alles blijft in de hand van den Divisiecommandant. 514

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 42