b. een bericht aan zijn commandant, wanneer hij in afdeelings- verband is. De beoefening van dit onderdeel zal dus de volgende elementen moeten bevatten: le. Herhaalde gelegenheid tot waarneming van vliegtuigen van verschillende types en verschillende banen en snelheden op maxi mum gezichtsafstand. De beoefening kan plaats hebben op de volgende wijze: Een groot aantal vliegtuigen krijgt opdracht op een bepaald tijd stip vanaf een bepaald punt op bepaalde hoogte een bepaalde koers te vliegen, zoodat de banen elkaar kruisen. Van ieder vliegtuig noteert de bemanning de tijdstippen van waarneming van de andere vliegtuigen. Aanvankelijk zal het aan beveling verdienen de bemanning volledig in te lichten omtrent de opdrachten van de andere vliegtuigen; later, wanneer voldoende inzicht is verkregen, kunnen deze inlichtingen achterwege worden gelaten en noteert de bemanning eveneens de overige waargenomen gegevens van de andere vliegtuigen. Dezelfde oefeningen kunnen worden voortgezet, met eemge patrouilles van vliegtuigen, ieder in andere formatie, met verschil lende afstanden tusschen de machines onderling enz., waardoor de oefeningsomstandigheden die van de werkelijkheid nabij komen. (I) 2e. Het leeren nemen van een besluit, zal het beste geleerd kunnen worden door bespreking, dus door het houden van tac tische oefeningen, waarbij alle factoren, die op het nemen van besluit „vechten of ontwijken" van invloed zijn, ter sprake kunnen worden gebracht (zooals hierboven reeds werd vermeld). 3e. Het zenden van berichten aan den Afdeelingscommandant, hetzij door teekens hetzij middels radio. Het beoefenen van berichtgeving door teekens kan plaats hebben tegelijk met oefeningen in afdeelingsverband, die hierna ter sprake worden gebracht. Het beoefenen van radio-berichtgeving vormt een oefening op zich zelf; vaardigheid hierin heeft de beman ning van het met radio uitgeruste vliegtuig onder alle omstandig heden van de luchtactie noodig. HET GEREEDMAKEN VOOR DEN AANVAL. Heeft de Commandant van een vliegtuigafdeeling, dan wel een zelfstandig optredend vliegenier, na ontdekking van vijandelijke luchtstrijdkrachten besloten het gevecht te aanvaarden, dan dient hij te beslissen, vanuit welke richting hij zijn tegenstander zal aanvallen, teneinde bij den aanvang van het gevecht in het voor deel te zijn. Factoren, waarmee hij rekening moet houden, zijn: le. grootere hoogte dan den tegenstander, wordt algemeen als voornaamste factor aangenomen. Bevindt men zich bij den aan- 521

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 49