553
3. De taak van ons leger in de Buitengewesten.
Handhaving van orde en rust door machtsvertoon en z.n. door krachtdadig
optreden Patrouilles en excursiën te land en te water Samenwerking
met Binnenlandsch Bestuur Politioneele taak Opsporen van verzetslie
den Samenstellen van Patrouille-rapporten.
Scheikunde.
Elke vraag: 3/4 uur.
1. Hoeveel liter zuurstof ontstaan door hevige gloeiing van 25 gram kalium-
chloraat en hoeveel gram koolstof kunnen met die zuurstof onvolkomen ver
brand worden?
Cl: 35,5; O: 16; K 39C:12; gewicht van 1 liter waterstof bij O0 en
760 m. M.0,0899 gram. (Van dit vraagstuk een beredeneerde oplossing geven).
2. Hoe werkt zwavelzuur op: a. alcohol; b. natriumacetaatc. vast keu
kenzout, op een oplossing van baryumchloride. Hoe werkt salpeterzuur op
glycerine en op koper? Hoe wordt salpeterzuur aangetoond. (Vergelijkingen).
3. Geef structuurformules van a. een éénwaardige (éénatomige of één-
zurige) alcohol; b. een éénbasisch organisch zuur; c. isopropylester van propi-
onzuurd. pentaan (alle isomeren). Hoe kan uit methaan verrregen worden
aethaan hoe uit aethaan aethylalcohol Hoe uit aethylalcohol aethylbro-
mide hoe uit aethylbromide aethylcyanide hoe uit aethylcyanide propion-
zuur
4. Welke stoffen ontstaan bij verhitting van a. ammoniumnitraatb. loodni-
traat; c. natriumhydrocarbonaatd. ammoniumnitriete. oxaalzuur; f. kalium-
chloraat? Hoe werkt zwavelwaterstof op een oplossing van loodnitraat; op
een oplossing van ferrichlorideop een oplossing van natriumhydroxijde
8. ORGAAN N.I. O.V. MEI-NUMMER.
Het nummer opent met een voorwoord van den nieuw opgetreden redacteur,
den kapitein van den Generalen Staf A. A. Gelpke, waarbij o. m. de mede
werking der leden wordt ingeroepen.
Behalve het verslag van de Algemeene Vergadering 1928, waaraan het
grootendeels gewijd is, treffen we in het Mei-nummer nog enkele kleinere
bijdragen aan, o. a. een artikel over Zonnesteekdoor H. L. Roelfsema, dirig.
Off. v. Gez. b/d, waarin enkele nuttige wenken worden gegeven om deze ziekte
zooveel mogelijk te voorkomen, alsmede om getroffenen zoo noodig te kunnen
bijstaan. Zooals de schrijver terecht opmerkt behoort ieder troepenofficier,
in het bijzonder de infanterieofficier op de hoogte te zijn van de oorzaken
en de verschijnselen van deze ziekte.
De heer H. H. van Duimen bespreekt De bevordering van onze schrijvers
en komt daarbij tot de conclusie, dat een bevorderingssysteem gebaseerd op
examens betreffende algemeene ontwikkeling niet geheel op zijn plaats is. De
schrijver pleit er voor om in zake de bevordering de in den dienst betoonde
praktische geschiktheid hooger te waardeeren.
Verder treffen we in het Mei-nummer nog aan Vereenigingsnieuws alsmede
het gebruikelijke persoverzicht.
T. B.