mandant maatregelen nemen voor een krachtig f 1 a n k e e - rend vuur. 210(2). De commandant eener sectie van de compagniesreserve doet de geweermitrailleurs zoodanig opstellen, dat zij zoo lang mogelijk (flankeerend 176/1/) vuur kunnen brengen op de openingen tusschen de brigades van de vuurlinie, zonder het oprukken van de geweergroepen tot den tegen stoot te hinderen. Zoodra hij bemerkt, dat de vijand in de vuurlinie is doorgedrongen, doet hij de geweermitrail leurs enkele vuurstooten geven, terwijl de geweergroepen onder zijn commando tot den aanval overgaan, zonder daartoe het bevel van den compagniescommandant af te wachten. 222 (1). Voor de compagnie: Is de vijand in het door de compagnie te verdedigen terreingedeelte doorgedrongen, dan zal de compagniescommandant persoonlijk den tegen aanval leiden van de compagniesreserve en van alle andere beschikbare geweerdragenden. 229(1). Voor het bataljon: Is de vijand in de eerste linie doorgedrongen, dan zal de bataljonscommandant de com pagnieën der bataljonsreserve tot den aanval doen overgaan, waarbij hij de aanvalsrichting bij voorkeur zoodanig kiest, dat de doorgedrongen vijand in flank of rug wordt aangegrepen. Ook hierbij moet aandacht worden geschonken aan het nevenbataljon. (3). Is de vijand in de opstelling van een nevenbataljon doorgedrongen, dan zal de bataljonscommandant zoo mo gelijk ook daar den vijand met het blanke wapen doen aanvallen. VIII. DE AANVAL. EEN VOORSTE BATALJON. BEWEGING EN VUUR. De twee strijdmiddelen waarover de infanterie beschikt, G. V.!. de beweging en het vuur, worden bij den aanval van het 15. bataljon in algemeenen zin als volgt toegepast. 17(1). Beweging. Het streven van den bataljonscommandant moet zijn de 13. geweerdragenden van zijn bataljon derhalve de stoot- 17(3). kracht zijner infanterie met slechts de onvermijdelijke 42 (i). verliezen, in eene zoo lang mogelijk volgehouden, onaf gebroken voorwaartsche beweging, aanpassende aan het 17 (2). terrein en waar noodig gesteund door vuur, naar den 40 (2). vijand te brengen en dezen te vernietigen. Het voorwaarts

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 9