Het bleek echter niet noodig zich hier verder in te verdiepen, omdat de in het A. T. V. vermelde verplegingsbeginselen sedert weder zijn verlaten. Het medevoeren van dagrantsoenen bracht mede het koken door den man zelve, een systeem, dat een tijdlang onder den invloed van de praktijk tegen den I. V. opgeld heeft gedaan, doch op operatiedagen - juist als het gevaar het grootst is dat de verpleging faalt uitgesloten moet worden geacht. Men denke zich ook eens in wat terecht zou komen van het zelf koken door de dienstplichtigen, die alle ervaring van den beroeps soldaat op dit gebied missen. Hiermede was het systeem veroordeeld. In de nieuwe verplegingsbeginselen, opgenomen in het Wet. Jaarbericht 1926 blz. 285 e. v., welke medio 1927 in groote lijnen door het Legerbestuur werden aanvaard, werd besloten tot het medevoeren van 1 rantsoen levensmiddelen voor den loopenden dag op den keukenwagen of bij den man, 1 idem voor den volgenden dag in den bagage-trein, 1 noodrantsoen levensmiddelen bij den man. Met de aanvaarding dezer beginselen is men dus weer terug gekeerd tot het systeem, dat de man zélf zijn noodrantsoen medevoert, hetgeen de eenige juiste oplossing moet worden geacht. Door het Legerbestuur werd in beginsel bepaald, dathetN.R. uit een of meer blikjes nasi-goreng zou bestaan, z. m. voldoende voor 2 maaltijden. Het ging er dus maar om eene zoodanige hoeveelheid te vinden, dat aan de eischen van gering volume, gering gewicht, voedzaamheid en voldoende maagvulling kon worden voldaan, terwijl bovendien de vorm van het rantsoen zoodanig moet zijn, dat het zoowel te paard als bij den loopenden man praktisch moet kunnen worden verpakt. Al dadelijk komen de verschillende eischen met elkaar in strijd. Wil men 2 blik jes, elk voldoende voor één stevigen maaltijd, dan moet ieder blikje blijkens het Verslag van de z.g. Bepakkingscommissie 150 gram rijst, 150 gram vleesch, 1 eendenei en verdere ingre diënten bevatten, doch daardoor wordt het volume weer rijkelijk groot 680 c.M3A en het gewicht 650 gram. Daarom werd dan ook besloten de blikjes kleiner te maken, te meer, omdat voor een noodrantsoen, dus een rantsoen dat slechts de bedoeling heeft om in het uiterste geval den soldaat voor honger te vrijwa ren, met een kleinere hoeveelheid moet kunnen worden volstaan dan voor een normaal rantsoen. Elk blikje zal bevatten 100 gr. rijst, 100 gr. vleesch, '/2 eendenei en verdere ingrediënten, dus ongeveer per blik 2/3 van een stevigen maaltijd, hetgeen echter voor een noodrantsoenmaaltijd voldoende werd geacht. Zoowel gewicht als volume werden hierdoor belangrijk gedrukt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 41