uit afvalproducten van de rijstpelmolens, n. 1. kaf, vlies (zemelen
of dedek) en gebroken korrel (menir) in de verhouding 1 2,5
5,5uit melasse, koolzure kalk, keukenzout en een bederfwerend
middel. Zij waren met de hand bereid tot een gewicht van 1
K.G. en ter grootte van een halven bodem van een petroleumblik,
dat met 15 koeken nagenoeg gevuld was.
Bij de met deze voederbriketten op beperkte schaal gehouden
voeder- en opleggingsproeven werden over het algemeen gun
stige resultaten bereikt.
Ook tot de invoering hiervan als fouragenoodration is echter
niet overgegaan, vermoedelijk uit overwegingen van finantieelen
aard, aangezien voor de geregelde aanvulling de oprichting van
een fabriek noodig was.
Als noodrantsoen voor dieren is dan ook gehandhaafd gebleven
een hoeveelheid gaba 85 Verplegingsvoorschrift) t. w.
2'/2 K.G. gaba voor Austr. paarden,
l'/2 voor Inheemsche rijpaarden, Mongool-
sche paarden en muildieren,
1 voor mitrailleur- en treinpaarden.
Volgens het bepaalde in 18 A(17) van het V. P. B. Cavalerie
wordt in den mondzak 2 K.G. gaba c. q. 2'/4 K.G. padi mede
gevoerd als noodrantsoen, doch in werkelijkheid is dit niets anders
als een maaltijd voor den loopenden dag, welke gewoonlijk
onmiddellijk na aankomst in het bivak moet worden genuttigd,
omdat dit voer aan allerlei weersomstandigheden en aan de
inwerking van het paardenzweet is blootgesteld. Van de gefou-
rageerde hoeveelheid gaba wordt de mondzak dan dagelijks
weder aangevuld.
Feitelijk zou de cavalerie dus boven en behalve dezen voor
raad nog een noodrantsoen moeten medevoeren als in het
Verplegingsvoorschrift 85 is vastgesteld. Dit nu is niet mogelijk
en ook niet noodig. Het cavaleriepaard is al zoo bepakt en
beladen, dat het onmogelijk is nog een tweede mondzak met het
eigenlijke noodrantsoen van 2'/2 K.G. gaba mede te voeren.
Waar bovendien bijna overal op Java gaba of padi te krijgen
is, voldoende voor onze betrekkelijk zwakke cavalerie en ook de
huidige taak van dat wapen een zoodanige is geworden, dat
het niet meer dagenlang, verstoken van alle verpleging, zelfstandig
zal behoeven te ageeren, wordt het medevoeren van een fourage
noodration niet meer noodig geacht. Ter vermijding van alle
mogelijke verwarring zal het woord noodrantsoen dan ook uit
het V. P. B. Cav. komen te vervallen en vervangen werden door
het woord „rantsoen".
Bij de artillerie wordt een noodrantsoen voor paarden enz.
medegevoerd, o. a. bij de veldartillerie in de fourage-zakken,
welke een plaats vinden op de voorwagens. Hiertegen bestaat
niet het minste bezwaar, omdat de paarden het niet zelve be-
607