6. KABELBANEN, i)
door M.
Zeer terecht werd in de kort geleden verschenen nieuwe uitgave
van het Handboek Genietroepen de kabelbaan opgenomen,
want onder de vele en velerlei transportmiddelen, welke in den
wereldoorlog toepassing vonden, neemt de kabelbaan een voor
name plaats in. Het komt ons niet ondienstig voor eens in ruimeren
kring de aandacht op dit zoo nuttige transportmiddel te vestigen.
Gedurende den oorlog kwam men in zwaar bergterrein, voor wat
den aan- en afvoer aangaat, voor ware problemen te staan. Waar
spoorbaan noch lastauto de troepen bereiken konden, werden
smalspoorbanen aangelegd, dan wel ging men over tot gedragen
vervoer door mensch of dier. Waar deze laatsten te kort schoten,
bracht de kabelbaan uitkomst. De waardeering voor de kabelbaan
steeg naarmate het tekort aan menschen en dieren zich deed ge
voelen.
De kabelbanen voorzagen dan ook dusdanig in een behoefte,
dat Generaal Brunner niet aarzelt om te zeggen, dat zonder kabel
banen de strijd in het hooggebergte op den duur niet te voeren
zou zijn geweest.
Als algemeene voordeelen van de kabelbanen zijn te noemen:
a. ze zijn sneller aan te leggen dan spoorbaan of autoweg;
b. ze vereischen weinig materieel en geen belangrijke kunstwerken
als bruggen en tunnels;
c. ze vereischen weinig personeel, zijn gemakkelijk in onderhoud
en exploitatie;
d. ze ondervangen het gebruik van paarden en de daaraan ver
bonden verplegingsmoeilijkheden;
e. ze zijn onafhankelijk van de gesteldheid van het terrein en van
den invloed van het weer op het terrein (bandjirs);
f. ze vormen door de geringe zichtbaarheid betrekkelijk weinig
kwetsbare doelen.
Als bezwaar staat daar tegenover, dat ze in capaciteit ten achter
blijven bij spoorwegen en vrachtauto's, aangezien het gewicht van
den enkellast beperkt is. Ze kunnen b.v. slechts licht geschut, zoo
veel mogelijk gedemonteerd, vervoeren.
Het gebruik van kabelbanen in den geest, zooals we ze thans
kennen, kon eerst toegepast worden, toen men er omstreeks 1830
in geslaagd was goede staalkabels te construeeren. De eerste
640.
Met 8 figuren.