zaak het gebruik van de telefoon, de radio, de optische midde
len en de ordonnansen in beschouwing nemen. Waar in den
vervolge over „verbindingsmiddelen" zal worden gesproken,
worden daarmede in de eerste plaats de laatstgenoemde midde
len bedoeld.
Uit het voorgaande blijkt wel, dat er geen enkel verbindings
middel is, waarop ten allen tijde met zekerheid kan worden
vertrouwd of waarvan onder alle omstandigheden gebruik kan
worden gemaakt. Voor een goede werking van den verbindings
dienst dient men derhalve bij de verschillende onderdeelen van
het leger over meerdere verbindingsmiddelen te kunnen beschik
ken, teneinde naar gelang van omstandigheden nu het eene,
dan het andere, of verschillende combinaties van verbindings
middelen te kunnen gebruiken.
Tevens kan uit het voorgaande blijken, dat voor eene doorloopende
(voortdurende) verbinding de telefoon (c. q. de telegraaf) het
beste middel is. Daarnaast dienen echter ook andere middelen
beschikbaar te zijn, teneinde bij eventueele storingen de telefoon
tijdelijk te vervangen of om de telefoon te ontlasten. Deze mid
delen dienen eveneens te worden gebruikt, indien de aanleg
van telefoonverbindingen niet mogelijk of nog niet gewenscht
is, terwijl zij ook ter onderlinge vervanging of aanvulling moeten
worden gebezigd.
Beginselen voor de uitvoering van den verbindingsdienst.
1. Evenals zulks bij het inzetten van de troepenonderdeelen het
geval is, moet men zich bij het inzetten van de verbindingsmid
delen kunnen aanpassen aan de wisselende omstandigheden. Het
onder alle omstandigheden toepassen van éénzelfde schema of
van eene gelijkmatige verdeeling van de beschikbare krachten is
uit den booze. In de tactisch meest belangrijke richting moet
derhalve in de eerste plaats voor een voldoend aantal goede
verbindingen worden zorggedragen, terwijl men elders met min
der of minder goede verbindingen zal moeten kunnen volstaan.
De hoogere commandant moet daarom bevoegd zijn om, indien
noodig, te beschikken over de verbindingsmiddelen van de lagere
onderdeelen naar behoefte verbindingsmiddelen aan lagere on
derdeelen toe te voegenregelingen te treffen omtrent de door
de lagere onderdeelen tot stand te brengen verbindingen, omtrent
de verbindingen ten behoeve van de onderlinge samenwerking,
enz. Eene éénhoofdige leiding, welke zich weet aan te passen
aan de wisselende omstandigheden is dus een der eerste
vereischten voor een goede werking van den verbindingsdienst. Met
het oog op de noodzakelijke grondige kennis van de verschillende
verbindingsmiddelen behoort deze leiding te berusten bij terzake
deskundigen. De bevelhebber (ook de lagere commandanten) be
schikt daartoe dan ook over den commandant van de organiek
569