verandering. Aanbeveling verdient het in het bataljons
bevel op te geven op welk uur en welke plaats
met de controle wordt aangevangen, c.q. wat dan gereed
moet zijn. De aandacht wordt gevestigd op de contröle
van de maskeeringsmaatregelen, gezichts- en vuurdek-
kingen, wederkeerige flankeering der compagniesvakken
en de bataljonsvakken, verbindingswegen en -paden.
DE PLAATS VAN DEN C. P.
De bataljonscommandant bepaalt zijn C. P. zoodanig
dat hij, zoo eenigszins mogelijk, het aanvalsterrein van
den vijand kan overzienevenwel mag de C. P. niet bij
een eerste binnendringen van den vijand onder den voet
worden geloopen en daarmede de leiding worden uitge
schakeld. De C. P. moet worden gemaskeerd en versterkt,
zoodat hij intact blijft gedurende het voorbereidend artillerie
vuur van den vijand, terwijl door een gedekten uitkijk de
waarneming gedurende dat vuur moet kunnen voortduren.
De bataljonscommandant moet niet voortdurend in den
C. P. zijn op geschikte oogenblikken zal hij zich, in het
belang van het moreel van den troep, in de stelling
vertoonen.
DE VERBINDINGSDIENST.
De verbindingen worden c. q. in het verbindingsbevel
geregeld. M. in. gelden dezelfde beginselen als bij den
aanval.
De verbindingsmiddelen moeten evenwel in zeer ruime
mate worden gebezigdrechtstreeksche en dubbele tele
foonlijnen moeten de verbinding mogelijk maken, zoo
eenigszins mogelijk ook in het sterkst vijandelijk voorbe-
reidingsvuur (aanleg kabelgleuven), opdat voortdurend be-
richtenwisseling mogelijk is met alle compagniescom
mandanten e n den eventueel toegevoegden mitrailleur-
commandant (een en ander anders dan bij den aanval),
den commandant van het rechternevenbataljon, den regi
mentscommandant (d i e voortdurend op de hoogte
moet worden gehouden) ene. q. den commandant
der steunende artillerie.
MUNITIEDEPOT. ACHTERBLIJVERS. KRIJGSGEVANGENEN.
O. V. I. Het munitiedepot wordt bij het bezetten van het bataljons-
191 (2). vak opgericht. Als commandant wordt aangewezen de fou-
131 (2). rier van eene compagnie in de bataljonsreserve. De munitie,
welke nog in den GT. aanwezig is (als de omstandigheden
701