Tot goed begrip van de daartegen te nemen maatregelen, kan
een nadere, zij het beknopte behandeling omtrent het offensief
gebruik van strijdgassen, in deze beschouwingen niet worden
gemist.
Voorts is in deze „inleiding" tevens plaats geschonken aan wat
onder strijdgassen en wat onder rook en nevel voor camouflage
en neutraliseeringsdoeleinden dient te worden verstaan, ten einde
hen, die daaraan behoefte gevoelen, in staat te stellen zich nader
omtrent deze begrippen te oriënteeren.
In het algemeen is het natuurlijk niet mogelijk en noodig, dat
de commandanten vertrouwd zijn met alle détails der chemische
oorlogvoering.
Wel echter zijn zij verplicht zich grondig op de hoogte te stellen
van de beteekenis en omvang dier oorlogvoering.
Zonder die kennis toch zou de juiste waardeering daarvan in
het raam der algemeene gevechtshandeling niet verzekerd zijn.
Zij dienen echter verantwoordelijk te blijven voor alle maatre
gelen, die ten behoeve van de chemische oorlogvoering genomen
worden.
Bij het nemen dier maatregelen dient de bevelvoering te worden
bijgestaan door haar staven voor den gasdienst.
Deze, tot de organen van den chemischen dienst behoorende
personen, die door een bijzondere theoretische opleiding en zich
daaraan aanpassende practische vorming, op de hoogte dienen
te zijn van de eischen, die de chemische oorlogvoering aan de
gevechtsleiding kan stellen, hebben tot taak hun commandanten
in het treffen van de juiste maatregelen deskundig voor te lichten,
bovendien de uitvoering der genomen beschermingsmaatregelen tot
in bijzonderheden te verzorgen.
Zij behooren derhalve op het gebied der chemische oorlogvoering
de raadslieden van de commandanten te zijn, aan wie zij zijn toe
gevoegd.
Hiervoor is het noodzakelijk, dat deze chemische specialisten
zich grondig in de vraagstukken den chemischen oorlog betref
fende, hebben ingewerkt.
Waaruit de logische consequentie voortvloeit, dat zij reeds in
vredestijd bij den troep voor de oplossing van dergelijke vraag
stukken gesteld moeten worden, opdat zij in oorlogstijd inderdaad
hun commandanten in dit opzicht met raad en daad kunnen ter
zijde staan.
In verband met de daarmede gepaard gaande wisselwerking,
legt dit ook aan de bevelvoering de verplichting op, zich terdege
in te werken in deze oorlogvoering, opdat juiste opdrachten ver
strekt kunnen worden en nagegaan kan worden, of de uitwerking
naar behooren geschiedt.
667