742 De proeven leidden lot de volgende conclusiesDe 75 mM. bleek te klein ■om dergelijke zware bruggen te vernielen. De 155 mM. granaat kan wel het bruggedek beschadigen, doch de brug niet zoodanig vernielen, dat het pas- seeren onmogelijk wordt. De 240 mM. granaat kan een brug als deze zooda nig vernielen dat het passeeren onmogelijk wordt. De ondersteuningen van een zoodanige brug zijn wel de meest kwetsbare gedeelten, maar bleken door liunne geringe afmetingen moeilijk te treffen. Het meeste succes geeft de ver nieling van het bruggedek. Buizen met geringe vertraging geven bijna onmid dellijke uitwerking bij het treffen van gewapend beton van 7 inch of meer dikte. Uit de conclusies voorkomende in een kort artikelAerial observation for Field artillery, nemen we over De opgeleide luchtwaarnemer is beter geschikt voor de waarneming dan de veldartillerist, omdat hij niet wordt beïnvloed door de hoogte en de snelheid van het vliegtuig en meer gewend is aan het beschouwen van het terrein van uit de lucht. De beste resultaten worden bereikt, als bestuurder en waarnemer beide tot de luchtmacht behooren. Het vuur behoeft niet te worden geleid van uit de lucht. Het opgeven van coördinaten is voldoende. Het feit dat de veldartillerie deze methode heeft verworpen voor de waarneming vanaf den grond bewijst niet, dat zij onbruikbaar is voor de luchtwaarneming. Verder zou zijn gebleken dat het schieten met luchtwaarneming in twee weken is te leeren en dat het aanbeveling verdient om voor waarneming geen piloot 4e nemen, omdat hij anders te veel aandacht wijdt aan het toestel. Revue du service de l'intendance. Maart-April 1928. We vestigen de aandacht speciaal van de heeren van de intendance op een uitgebreid artikel van Felix Desurmont, capitaine d'administration, getiteld „Etude sur la laine". Wissen und Wehr. April 1028. Lezenswaard is in menig opzicht een opstel Cour cellesDer Nachtangriff eines Bataillons vom 9/10 September 1914." Verder mag uit dit nummer genoemd worden een studie van Kurt v. Tippels- kirch: Französische Vorschriften undGedanken über das Begegnungsgefecht" waaruit we aanhalen. „Onze gevechtsvoorschriften laten aan de kunst van oorlogvoeren groote speelruimte, terwijl den Franschen onderbevelhebbers te beginnen met den divisiecommandant de handen zoo gebonden zijn, Jat van den kunstenaar een handwerksman wordt gemaakt". Bulletin Beige des Sciences Militaires. Mei 1928. De studie „Lesopéra- tions de l'armée beige" en die getiteld„Du róle de l'armée de compagne et .des forteresses beige en 1914worden voortgezet. Col. Hans geeft een zeer lezenswaardige beschouwing„La marche a la ba- ta/lle". De gedachte welke eraan ten grondslag ligt moge blijken uit de aan haling: „Om van een in werking te brengen onderdeel van het leger het maximum rendement te verkrijgen is het in de eerste plaats noodig, dat het onderdeel intact het gevechtsveld betreedt en dat de gevechtsaanraking tot .stand komt met een zoo gering mogelijk verlies aan moreele en materieele kracht Na eenige inleidende beschouwingen worden o. m. behandeldde marschformatie, de naderingsmarsch van een divisie, de taak van de voorhoeden •en de artilleriesteun daarbij. Lt. col. Demart geeft eenige gedachten overMéthode d'instruction au tir du fusilier" en bespreekt den gewenschten inhoud van een schietvoorschrift, daarbij in zooverre in details tredende, dat kort de wijze van opleiding wordt besproken. O. a. wordt de aandacht gevestigd op de besliste noodzakelijkheid om van den man te eischen dat hij na het afgaan van het schot nauwkeurig aangeeft hoe hij op dat moment gericht was. Een methode om zulks te controleeren wordt aangegeven Schr. eindigt met een tableau voor een over 10 maanden verdeelde opleiding voor geweer, karabijn en geweermitrailleur. Majoor Liévin vervolgt zijn beschouwingen over Les chars de combat". Ditmaal worden behandeld de eigenschappen, welke in minimum de lichte en de middelbare begeleidings-vechtwagens moeten bezitten. Daarna worden aan de hand van foto's de kenmerken van het thans in Frankrijk in dienst of in beproeving zijnde materieel besproken. Voor de lichte begeleidingsvecht-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 78