Drie weken later volgden de eerste luitenants van de promotie-
'98 met een militair transport hunne bestemming naar Indië.
Aan het einde van dit korte overzicht past zeer zeker een woord
van hulde en groote erkentelijkheid aan den toenmaligen Gouver
neur, wijlen Kolonel C. L. van Pesch en het otficiers- en leeraren-
korps van de K. M. A. met onze opleiding en vorming belast in het
tijdperk '95 '98.
Van de cadetten in '98 tot officier benoemd zijn er nog slechts
enkele van het Nederlandsche leger en zeer enkele van het Indische
leger in actieven dienst.
Van de laatsten behoort in het bijzonder te worden genoemd.
Zijne Excellentie den Luitenant-Generaal H. L. La Lau, Comman
dant van het Leger en Hoofd van het Departement van Oorlog in
Nederlandsch-Indië.
Een hartelijken groet aan de nog in leven zijnde kameraden uit
den cadettentijd '95/'98, met weemoedige herinnering aan de op
het appel ontbrekenden en een eeresaluut voor de op het veld
van eer voor Koningin en Vaderland gevallen makkers.
Oud-cadet '95/'98.
C. D. LAGERWERFF.
Generaal-majoor der Artillerie^
1896 1899.
Het was in den avond van den 2den October 1898, dat een breede
schare cadetten zich van het station Breda door het „Valkenberg"
academie-waarts begaf om na de detacheering en een kort verlof
het verblijf aan de K. M. A. te hervatten en voor zoover de
ALKMAARDERS betrof, na een lang verlof aan te vangen. De tocht
geschiedde, wat de 2de en 3de jaarscadetten aangaat, met ge
mengde gevoelens. Verheugde men zich er toch eenerzijds op,
dat men weder met al zijne kameraden in het oude gebouw tesamen
zou zijn en werden de symptomen daarvan waargenomen bij
vroolijke, luidruchtige begroetingen van makkers, die men gedurende
enkele maanden niet had ontmoet, anderszijds bekroop de meesten
niettemin een gevoel van onbehaaglijkheid, omdat men na de
tijdens de detacheering genoten vrijheid op het punt stond zich
weder aan het strenge regiem op de K. M. A. te moeten onderwer
pen, zoodat het feit. dat men op de Academie met open armen zou.
825.