b. Op welke wijze zullen in de toekomst chemicaliën ver
spreid worden
c. Hoe zal de gasafweer der toekomst zijn geregeld?
a. Welke strijdgassen kan men in een toekom-
stigen oorlog verwachten?
Uit den aard der zaak is het moeilijk hierop een antwoord te
geven, omdat zeer zeker getracht zal worden met een nieuw
strijdgas de technische en daaruit voortvloeiende strategische en
tactische verrassing te bereiken.
Indien althans daaruit de juiste consequenties getrokken wor
den, zal de technische verrassing van overwegende beteekenis
zijn voor dat leger, dat ze in de oorlogspraktijk kan toepas
sen. Doch gezien de oorlogservaring (Duitsche chlooraanval
bij Yperen 22 April 1915; toepassing van de Livensprojectors
door de Engelschen in April 1917, waarbij groote hoeveelheden
met phosgeen gevulde flesschen naar den vijand geworpen wer
den toepassing van het diphenylchloorarsine en het dichloor-
aethylsulfide (mosterdgas) aan Duitsche zijde in den nacht van
12 op 13 Juli 1917 bij Yperen) was het blijkbaar zeer lastig van
die technische verrassing een doelmatig gebruik te maken.
Iets anders is het of het zal gelukken een nieuw strijdgas
te vervaardigen, dat de bestaande strijdgassen in kracht overtreft
en door de vullingbussen der tegenwoordige gasmaskers heen
dringt. Zooals althans uit den afgeloopen oorlog blijkt, zal dat
zeker niet gemakkelijk zijn Toen stond alles ter beschikking om
een dergelijk nieuw strijdgas te vinden, doch reeds lang bestaande
krachtige strijdgassen konden niet overtroffen worden, zooals ook
Professor Paterno in het in 1924 verschenen rapport, inzake de
chemische oorlogvoering van de speciaal daartoe door den Vol
kenbond ingestelde commissie, meedeelt.
Ook dit wil echter niet zeggen, dat zulks voor de toekomst
geheel buitengesloten zou zijn. Waar elk jaar duizende nieuwe
stoffen worden uitgevonden en het aantal te verwezenlijken com
binaties feitelijk onbegrensd is, bestaat zeer zeker de mogelijk
heid, dat bij rustig, volhardend onderzoek door terzake bekwame
scheikundigen een nieuwe, krachtiger stof ontdekt wordt.
We dienen hierbij echter nog met andere factoren rekening te
houden. Gesteld het geval, dat een chemicus inderdaad een stof
zou ontdekken veel krachtiger in uitwerking dan eenig bestaand
strijdgas. „Niet eerder", zegt Dr. VAN ROMBURGH, „zou men
hiervan in den oorlog gebruik kunnen maken, dan nadat ook een
doeltreffend afweermiddel hiertegen gevonden zou zijn. Men moge
er al in slagen in de modern ingerichte laboratoria proeven te
nemen met welk heftig gif ook, zonder gevaar voor letsel, geheel
anders wordt het, wanneer men er toe overgaat de in 't klein
899