wicht in de lucht was in 't eind van Augustus (1918) zoo groot, dat slechts enkele vijandelijke vliegtuigen in staat waren op te stijgen, met het resultaat dat mijn troepen gevrijwaard waren van luchtaanvallen gedurende de operaties, en de geheele sterkte van onze luchtmacht geconcentreerd kon worden op de terugtrekkende vijandelijke troepen". En uit een rapport van den Commander-in-Chief, British armies in France, 20 Juli 1918: „Gedurende de periode van onzen aanval hebben onze vliegers een overwicht op de vijandelijke luchtstrijd krachten tot stand gebracht en behouden, zonder parallel sinds de dagen van de eerste Somme-slag. Niet tevreden met het verdelgen van den vijand in de lucht, deden zij krachtige aanvallen op zijn infanterie, artillerie en transporten met bommen en mitrailleurvuur; en in 't bijzonder gaven zij in het gevecht Zuid van de Somme op deze wijze onschatbare hulp aan onze infanterie bij talrijke gelegenheden". „De steun verleend aan de troepen in dit kritieke tijdperk van den oorlog de laatste Duitsche aanval in Frankrijk kan niet alleen afgemeten worden naar de verliezen en de vernieling, door hun aanval teweeggebracht. Van veel meer belang is wellicht het feit dat meesterschap in de lucht een onberekenbaar moreel effect heeft op alle wapens van het leger. De feiten wettigen de stelling dat dit meesterschap voor een zeer groot deel de vijandelijke successen neutraliseerde, terwijl het aan onze eigen troepen een verlichting en moreelen steun bracht, welke van onmeetbare waarde was." Op blz. 29 lezen wij: „In air warfare it will be impossible either to establish a defence or to develop offence fully without securing superiority in the air. This superiority can only be attained by- aggressive action against the enemy's air forces, and against those objectives of strategical or tactical importance for the defence of which the enemy will be obliged to utilise part of his air units". Eindelijk op blz. 98: „De methode van het gebruik van het luchtwapen in samenwerking met het leger mag als volgt worden samengevat: Ten eerste het (offensieve) inzetten van de fighting squadrons tegen de vijandelijke luchtstrijdkrachten vanaf het begin van de campagne. Hun taak zal zijn het verkrijgen van overwich! boven het rayon waar men verwacht dat de grondoperaties zullen plaats vinden. Tot het verzekeren van succes zal concentratie van krachten noodzakelijk zijn. Ten tweede zal het hun taak zijn, indien mogelijk, den aanval der troepen te steunen door directe aanvallen op de troepen van den vijand. Hun voornaamste doel echter het verkrijgen en behouden van overwicht in de lucht -moet altijd in 't oog worden gehouden, en tot het gebruik voor nevendoelen mag alleen in exceptioneele gevallen besloten worden." Terwijl Field Service Regulations hieromtrent zegt: „The essen tial preliminary to all other air work is to gain at least a local and 982

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 26