t BEPERKING VAN EN HET BRENGEN VAN MEER ME
THODE IN DE MUTATIES BIJ HET LEGER, IN
HET BIJZONDER BIJ HET WAPEN DER
INFANTERIE.
BIJDRAGE VAN HET DEPARTEMENT VAN OORLOG.
Meer en meer zijn vooral in de laatste jaren de mutaties
in het bijzonder op het hoofdwapen gaan drukken. Hiervan be
hoeft niet a priori de oorzaak te worden gezocht in de vermeer
dering van het aantal mutatiesimmers het ligt voor de hand
dat, waar de organisatie tegenwoordig, vergeleken bij vroeger,
een zooveel grooter aantal specialisten eischt wier oefening in
de buitengewesten in het algemeen niet kan worden onderhouden
de mutaties daarom reeds storender zijn in haar werking dan
voorheen. Beperking van mutaties is thans dan ook meer dan
ooit geboden en het kwam noodzakelijk voor, een onderzoek
in te stellen naar de mogelijkheid om daartoe in het bijzonder
bij het wapen der infanterie te komen en tevens te geraken
tot meer methode bij de mutaties.
De voordeelen verbonden aan een inperking van het aantal
mutaties behoeven niet te worden uiteengezet, terwijl voorts het
brengen van meer methode in de maatregelen, welke mutaties
ten gevolge hebben mede een krachtig middel vormt om te
geraken tot meer rust bij de veldbataljons en ook andere troepen
der infanterie.
Methode nu kan alleen worden verkregen door het stellen van
regels, waarvan niet dan bij uitzondering mag worden afgeweken.
Nu zij allereerst opgemerkt, dat, indien ter beperking van het
aantal mutaties als onderdeel der te volgen methode voortaan in
beginsel de inderdaad juiste regel zal worden gevolgd, dat de
niet-Europeesche militairen na indiensttreding gedurende een
bepaalde, niet te lange periode, waarin de recrutenopleiding, zoo
mede de voortgezette opleiding bij de veldbataljons zullen moeten
plaats vinden, op Java zullen blijven om daarna gedurende een
bepaalde langere periode op de Buitengewesten te dienen, waarvan
weder het gevolg zal zijn, dat men voor plaatsing in speciale
functiën en bij speciale onderdeden bij het wapen der Infanterie,
manschappen kan benutten, die vorenbedoelde eerste beurt op
de Buitengewesten reeds achter den rug hebben en derhalve
gedurende een zekere, later te noemen tijdruimte, in bedoelde
961