1028
8. ORGAAN N. I. O. V. OCTOBERNUMMER.
Naast het gebruikelijke persoverzicht, volksraadoverzicht en vereenigings-
nieuws bevat het nummer o. m. de volgende bijdragen.
Mijne oorlogsindrukken van den kolonel Lebaud. (verta
ling uit de Schweizerische Monatschrift fiir Offiziere aller Watten.
„Het vuurplan" door G. P. Cheriex. Schrijver behandelt eerst de
tactische beginselen, welke bij een verdedigend optreden in het oog dienen
te worden gehouden om aan de hand en op grond daarvan na te gaan hoe
het vuurplan tot stand moet komen en hoe tenslotte door het samenstellen
van verzamelvuurschetsen, voor de hoogere onderdeden (bataljon, regiment),
het verband moet worden verzorgd, om te eindigen met een tweetal voor
beelden verduidelijkt door schetsen. Schrijver levert tamelijk uitvoerige be
schouwingen, die kunnen bijdragen tot een duidelijker inzicht in de behandelde
materie.
Jammer is het dat de schrijver niet nog meer nadruk legt op het feit, dat
door de verschillende commandanten vóór alles moet worden vastgesteld
waar vuur moet worden gebracht. Immers enkele pijlen op de vuurschets
zijn niet voldoende. We mogen hiervoor o.a. in de herinnering van den
lezer terug roepen de zeer duidelijke artikelen van den kapitein v/d gene-
ralen staf v/d Vijver. (M.S. 1927 Jan., Febr.) Schr. wijst er echter wèl op
waar hij zegt: „Ideaal is wel dat men aangeeft, daar wil ik vuur hebben
(beter gezegd daar kan vuur gebracht worden), doch verzwakt zulks weer
door de mogelijkheid ervan in twijfel te trekken. Afzonderlijk worden de
artillerie, de mitrailleurs en de K. M. 's in beschouwing genomen. Als ex-
mitraillist moeten we evenwel protest aanteekenen tegen schrs. meening dat
het niet mogelijk zou zijn 's nachts mitrailleurs te verplaatsen. Na goede
voorbereiding dij dag kunnen mitrailleurs zeer wel [bij nacht in stelling
gebracht worden om daarna op niet te grooten afstand een goed gericht vuur
af te geven. Wellicht dat een mitrailleurofficier dit onderwerp eens voor ons
wil bespreken.
Van Renesse zet zijne beschouwingen, getiteld „De avondschemering
der blanke naties" voort. Schr. wijst o. m. erop dat internationale
samenwerking een conditio sine qua non is, in het bijzonder hier in het verre
Oosten. Voorts dat voor het verdere de samenwerking van alle goedwillenden
van alle rassen, standen en groepen het groote middel is om het gemeenschap
pelijk bedreigende kwaad te kunnen breidelen in zijn bewegelijkheid.
C'.
9. HET JAARVERSLAG VAN DEN TOPOGRAFISCHEN DIENST. 1927^
In dank ontvingen we een exemplaar van het jongste jaarverslag van den Topo-
grafischen dienst. Ook nu valt weer het zeer goed verzorgde uiterlijk op,
waarmede trouwens de inhoud volkomen in overeenstemming is. Zelfs bij een
oppervlakkig doorbladeren krijgt men een goed beeld van de verrichtingen
van dit legeronderdeel, waarbij dadelijk opvalt hoeveel nuttigen arbeid deze
dienst verricht ook voor andere departementen dan dat waartoe de dienst
behoort.
Voor een uitvoerige bespreking bestaat hier evenwel geen aanleiding, waar
de overzichtschrijver in het wetenschappelijk jaarbericht onzer vereeniging
aireede een beeld heeft gegeven van hetgeen in het afgeloopen jaar door den
dienst werd verricht.
Volstaan we hier dan met te vermelden, dat in het boekwerk plaats is in
geruimd, behalve aan een algemeen overzicht, aan de terreinwerkzaamheden,