«erste verband het „(2 4) systeem" zeer wel is door te voeren mits slechts de indeeling bij herverbintenis in de hand worde gehouden. Nu is gebleken, dat hoewel thans de mogelijkheid bestaat om ook een korter verband dan 6 jaar aan te gaan, hiervan door de Amboineezen, Soendaneezen en Timoreezen praktisch geen gebruik wordt gemaakt; daarentegen is het aantal Manadoneezen en hoewel in mindere mate, ook dat der Javanen, dat een eerste verband van 6 jaar aangaat naar verhouding betrekkelijk gering. Met vrij groote zekerheid kan worden aangenomen dat de rede nen, waarom de Manadoneezen en ook de Javanen in zooveel geringere mate een eerste verband van 6 jaar aangaan, uitsluitend van physieken aard zijn. Echter zal zulks nog nader worden onderzocht. Inmiddels zal nog meer dan tot nu toe in de richting van eerste verbanden van 6 jaar worden gewerkt. Toch is ten deze voorzichtigheid geboden, wil men niet de kans loopen de werving grondzuil der legervorming ernstig nadeel te berokkenen. Een overgangstoestand is derhalve niet te ontgaan. Als eerste maatregel zal worden gebroken met de tweejarige eerste verbanden. Het minimum zal worden vastgesteld op 3 jaar, het zelfde minimum, dat reeds voor Europeanen en aanbevolen mili tairen geldt. Voorts zal een eerste verband van 6 jaar als normaal zijn te beschouwen. Alleen wanneer tegen een zoodanig verband bezwaren bestaan, dan wel bepaalde redenen het wenschelijk doen zijn voor sommige categorieën van aspirant-militairen de mogelijk heid te openen tot het aangaan van een korter verband, zou een 3-jarig verband kunnen worden toegestaan. Blijkt op den duur, dat zoodanige 3-jarige verbanden slechts bij uitzondering worden gesloten, dan zouden die verbanden, behoudens voor juist genoemde categorieën van aanstaande mili tairen, geheel kunnen komen te vervallen. Voor een anderen duur van het eerste verband dan 3 of 6 jaar bijv. 4 of 5 jaar zijn geen motieven van overwegende beteekenis aan te voeren, bovendien moet dienstexpiratie gedurende den eer sten buiten termijn zooveel mogelijk worden voorkomen. Wel zal dit laatste ook intreden bij 3-jarige verbanden, doch dit is niet zoo'n groot bezwaar te achten, wanneer herverbintenis alleen bij het korps wordt toegestaan. Na afloop van de eerste 6 jaren komt de niet-Europeesch soldaat bij de infanterie, die alsdan dus 4 jaar in de Buitengewesten zal hebben doorgebracht, in aanmerking voor verlof wegens lang- durigen dienst, bijaldien hij althans een nieuw verband aangaat, hetgeen zal kunnen geschieden zoo hij op dat oogenblik dienstexpi ratie heeft of spoedig zal verkrijgen (einde 6-jarig eerste verband c. q. tweede 3-jarig verband). 963

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1928 | | pagina 7