stoffen te vermengen zoodat een wolk van giftige rook ontstond.
De vijand wordt daardoor verontrust en moet zijn gasbeschermin^s-
maatregelen nemen. 6
Als stoffen werden daarvoor gebruikt arsinverbindingen (nies-
gassen) en traangassen.
111. ROOK- EN NEVELMUNITIE.
Rook en nevelstoffen kunnen gebruikt worden in granaten
mijnen, vliegtuigbommen, geweer en handgranaten.
De z. g. phosphorgranaten waren met phosphor gevuld. De
vu hng geschiedde als volgt; de phosphor werd onder water
gesmolten en door een speciaal roersysteem in de met water
gevulde en verwarmde granaathulzen gepompt. Nadat de gesmolten
phosphorus wederom hard geworden was, werd het overtollige
water atgezogen. Een kleine hoeveelheid springlading, die vol
doende was om den granaatwand open te scheuren en het phosphor
langeblachT' Óf Óf k°P Va" het Pr0JectieI
vi.°"lVeLbij h6t ™!len als biJ het opbewaren, moesten bijzondere
omschriften worden in acht genomen. Deze granaten werden
streng van andere munitie gescheiden, staande bewaard en mochten
niet worden blootgesteld aan warmte of overmatige zonbestraling.
Leze gianaten waren tevens brandverwekkend en zijn dan ook
als zoodanig tegen levende en gemakkelijk brandbare doode doelen
te ^ebruiken, doch hun hoofddoel was nevelverwekkin°\
e scherfwerking was, in verband met de geringe hoeveelheid
springstof practisch nul. Volgens het Engelsche rookvoorschrift
„Manual of the use off smoke" bezit het Engelsche veldkanon
un\Pr0].eCitiel|5vuld mej 345 ge'e phosphorus, de 10 c.M. Veld
H. \V. idem 870 gr. en de 11.4 Veld H. W. idem 1.8 K.G.
mnn SCh«°onnfS^anden bedroegen respectievelijk maximum: 8600,
OJUU- en 6300 Mr.
De Duitschers daarentegen hebben meer granaten gebruikt, die
gevuld waren met Zwaveltrioxyde. Deze stof kwam voor bij de
ruim f -aiT 7 15 .C-M- Deze laatste granaat b.v. bevatte
im 1.5 L. Zwaveltrioxyde (speciaal ingebet) met 3 KG
springstof.
De Franschen bezitten naast hun phosphorgranaat, de O. C S
gr. (mengsel van chloorsulfonzuur en zwavelzuur). Hoewel deze
gianaat in dekkingsvermogen en capaciteit achter staat bij de
phosphorgranaat, is dit projectiel in hunne na-oorlogsche regle
menten opgenomen. 8
W61id raaskeeringsstof gebruikt in de bij het veld
geschut behoorende munitie, doch ook bij de kleinere vuurmonden
nfanteriegeschut) kwam zij voor. Zoo gebruikten de Duitschers
ïan S m,lnenwerPeur (tegenwoordig de Ned. granaatwerper
van 8) de Oleum mijnen, bestaande uit zwaveltrioxyde en gecon-