centreerd zwavelzuur. Zij werden echter betrekkelijk weinig ge bruikt. De Stoke's mortier (Engeland) bezit een phosphorgranaat met een inhoud van 1.1 K.G. gele phosphorus. De brandtijd bedraagt ongeveer 3-4 min. De Livens projector (Engelsch) had een granaat met ongeveer 15 K.G. phosphorus. De rook- en brandwerking was beduidend grooter dan bij de Stoke's. Toch heeft men deze rookbommen weinig gebruikt, omdat de Liven's, in tegenstelling met Stoke's een zeer geringe vuur- snelheid heeft. De Liven's was n. 1. ingericht voor gaswerper, voor het uitvoeren van gasovervallen. Tegelijkertijd werden dan hon derden projectielen uit daartoe opgestelde gaswerpers afgevuurd. Er werd dus feitelijk èèn salvo afgegeven, waarmede men zijn doel trachtte te bereiken. Het opnieuw laden van de projectors kostte vrij veel tijd (aanvoer munitie, aanbrengen ontstekingsla dingen, aanleggen van de electrische ontstekingsdraden). Voor het schieten van een rookgordijn zijn deze projectors wel geschikt, niet echter voor het op sterkte houden van de geschoten maskeering. Voor nevelbommen uit vliegtuigen kwamen in de eerste plaats phosphorbommen in aanmerking. Naar gelang de grootte bedroegen de gewichten 12-25 Kilo. Op licht ontbrandbare voorwerpen werkten zij tegelijkertijd brandstichtend. Zooals uit het artikel blijkt kan men de phosphorvullingen dus zoowel voor inaskeerings- als voor branddoeleinden gebruiken. Tegenwoordig echter gebruikt men voor branddoeleinden de z. g. Thermit bom. (Thermit is n. 1. een mengsel van alluminiummetaal- poeder met ijzeroxyde, dat met behulp van magnesiumdraad en zuurstofafgevende stoffen (Bariuinsuperoxyde) ontstoken wordt waardoor, tengevolge de vrijkomende warmte, temperaturen tot 3000° C. ontstaan). Voor het gebruik ter zee werd in 't algemeen aan phosphor niet de voorkeur gegeven, omdat de maskeerings- werking van phosphor boven een wateroppervlakte (door het ontstaan van phosphorzuur) grootendeels verloren gaat. Tenslotte nog een enkel woord over het gebruik van rookhandgranaten. De Duitschers gebruikten een nevelgranaat, die met chloorsulfonzuur gevuld was. De Engelschen gebruikten aanvankelijk handgranaten vervaardigd van licht metaal, die een rookmengsel van ongeveer 340 gram bevatten. Dit niet genoemde rookmengsel werd spoedig vervangen door Tintetrachloride. De British Chemical Hand Grenade, Mark II, bevatte deze vulling, die later weer vervangen werd door het N. C. mengsel (chloorpikrine en tintetrachloride). Deze granaat had tegelijkertijd verstikkende werking, zoodat zij eigenlijk in dit hoofdstuk niet thuis hoort (giftige rook). Bovendien beschikten de Engelschen over een tweede, doch betrekkelijk zware rookhandgranaat, gevuld met phosphorus, n. 1. de „P" bom. 61

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 63