dichte Kolonne, in die von rechts ein unausgesetztes Schnellfeuer hereinprasselt, Granaten einschlagen, wahrend weisze Wölkchen ihren Inhalt auf die Paradesoldaten des Potsdamer Lustgartens entladen, die unbeirrt durch die auf sie eindringenden Schrecken mit „links und rechts" im unveranderten Gleichtakt weitermarschie- ren. Wenn nur aus diesem Feuer von allen Seiten so viel erhalten werden kann, um mit dem Zündnadelgewehr das Gefecht aufnehmen zu können. „Vorwarts, vorwarts, mahnt bestandig der Brigade kommandeur, General v. Kessel, „vorwarts" schlagen die Tambours, blasen die Hornisten, und vorwarts dringen die Grenadiere. Fatal, dasz durch das fortwahrende Fallen der Leute immer wieder Aufent- hali geschaffen, immer wieder von neuem Vordermann und Fühlung genommen werden musz. Endlich hat man den Feind, der in der Hauptstellung halt macht, auf Schuszweite erreicht. Das Feuer kann eröffnet, in Spriingen vorgegangen. Nur die Halfte, ein Drittel, ein Viertel der Starke ist soweit gekommen". De Duitsche infanterie hield het in den wereldoorlog lang uit. Doch de blokkade deed Duitschland's economischen toestand on houdbaar worden. De invloeden aan het front werden bij den troep het eerst merk baar bij de infanterie, die het sterkst vertegenwoordigd is, en het meeste lijdt. En met de Duitsche infanterie ging het Duitsche leger ten gronde, omdat men nu eenmaal zonder infanterie niet ageeren kan. Een andere ontwikkelingsgang zien we in Frankrijk. Wij hebben reeds opgemerkt, dat de artillerie zich na 1870 ontwikkelde als een Elitewapen, dat minachtend op de infanterie neerzag, zelf wel zou bepalen, hoe in de nooden der infanterie zou worden voorzien, en daarvoor een eigen taktiek ontwikkelde. Generaal Percin heeft er steeds tegen gevochten. In zijn werk „Le massacre de notre infanterie" hekelt hij zoo scherp de ver keerde toestanden. Geven wij enkele deelen uit zijn werk weer. „Zeldzaam zijn de artilleristen, die eerlijk het idee huldigen, dat de infanterie het hoofdwapen is, en de artillerie slechts een hulp wapen. De artillerie wilde wel de infanterie helpen maar „comme un grand seigneur", die geen lessen wil ontvangen in de wijze waarop gesteund moet worden. Het reglement der artillerie van 1903 gaf hen zelfs het recht zelf de doelen te kiezen. Dit reglement maakte van de artillerie „Ie souverain maïtre du champ de bataille répartissant ses services du degré de ses caprices". Het reglement van 1910 maakte hieraan een einde. (Règlement Provisoire sur les Manoeuvres de l'Artillerie 1910) en hierin waren de ideeën van Generaal Percin verwerkt (beroemde „Liaison par le Haut et par le Bas"). Doch dit beschouwden de artilleristen als een terugstelling van hun wapen. 318

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 44