169 de vijandelijke begeleidende infanterie. 3. Toepassing van tankmijnen en verne* veling. 4. Moderniseering van de veldartillerie met spreidaffuit en aut. sluitstuk. Tactisch gebruik van artillerie. Notre artillerie depuis 19 IS par Col. dl art.. Bergier (R. Mil. Suisse Oct. '28). Na een inleidende beschouwing over de verhouding infanterie-artillerie gaat schrijver de verbeteringen na welke bij de artillerie in het Zwitsersche leger hebben plaats gehad, t. w. elevatievergrooting tot 70°, verhooging mobiliteit, verbetering richtmiddelen, vermeerdering munitievoorraad en ver betering projectielvorm. Aangezien het onmogelijk is artillerie alle opdrachten te doen vervullen wil schr. dit vuur beperkt zien tot een beperkte strook. Art. vuurvoorbereiding wordt ongewenscht geacht, de uitwerking hangt af van verrassing en concentratie op achtereenvolgende doelen. De art. moet bij uitzondering als begeleidingswapen worden ingedeeld. Bij beperkte artille rieorganisatie is contra-batterijwerk en het afgeven van afsluitingsvuur op groote afstanden onmogelijk. Als slot vermeldt schr. een serie van wenschen met betrekking tot de organisatie van het Zwitsersche leger. Gebruik Luchtstrijdkrachten. In Heerestechnik Oct. '28 vervolgt de steeds enthousiaste luit. Ernest Naef zijn in het Aug. nummer aangevangen art. „La defense contre les attaques aériennes". Volgens den schr. is uit de Italiaansche Iuchtmanoeu- vres op Milaan, de Fransche luchtmanoeuvres in combinatie met troepen en de luchtaanvallen op Londen gebleken, dat voor groote rijken het lucht- wapen als een offensief wapen moet worden beschouwd. De jagervliegtuigen zouden daarbij een secundaire taak, rol spelen. De verdediging tegen vijande lijke luchtaanvallen op de groote steden bestaat in den eigen aanval op ;s vijands vitale punten. De verliezen voor den aanvaller zouden bij de Britsche manoeuvres 171 vliegtuigen hebben bedragen op de 450. Anti-luchtvaartgeschut bleek van groote beteekenis, uitbreiding der organi satie werd noodzakelijk geacht. De Fr. manoeuvres leidden tot de conclusie, dat de gevechtsmethodes niet veel afweken van die in 1918. De noodzake lijkheid van snellere, beter bewapende en met radio uitgeruste vliegtuigen werd gevoeld Ook bij deze manoeuvres heeft de antiluchtvaartartilierie be langrijke diensten bewezen. Schr. vermeent, dat voor kleinere landen het jachtvliegtuig een eerste rol zal blijven spelen omdat voor het luchtwapen in deze omstandigheden een defensieve taak is weggelegd. In de R. Mil. Suisse van Oct. '28 komt dezelfde schrijver nog eens terug op de beteekenis van jachtvliegtuigen voor de verdediging van kleine rijken („Z.'importance de l'aviation de chasse") en onderzoekt hij in hoeverre de Zwitsersche jachtvliegtuigen hun taak kunnen vervullen. Schr. rekent op de hulp van bondgenooten die de organisatie tijdig zullen versterken. De organisatie der luchtstrijdkrachten moet dus worden ingericht voor de taak als vechtwapen en niet als hulpwapen voor de infanterie en artillerie, hl de eerste plaats moeten dus jagers worden aangeschaft. De bombardementsvlieg tuigen moeten door de bondgenooten worden geleverd. De voornaamste taak acht hij de jachtvliegdienst ter bescherming van de eigen luchtvaartdienst (waarneming), zoomede om die van den vijand te ontzeggen. In verband met het bergterrein in Zwitserland kan het leger het vaak zonder luchtwaarne- ming stellen en zijn waarnemingsorganen opbewaren tot beslissende operaties. Berichtendienst. („Mechanisiertes Chiffrieren") van Generalleutn. Schwarte (Heerestechnik Oct. '28) vestigt de aandacht op de onlangs op de „Pressa" tentoonge stelde vercijfermachine Kryha. Hiermede zou de tijd voor het vercijferen en ontcijferen van berichten in korten tijd kunnen geschieden en met ab solute zekerheid en nauwkeurigheid, wat vooral voor militair gebruik een hoofdvoorwaarde is. Het toestel is betrekkelijk eenvoudig van construc tie en gemakkelijk te bedienen. Naast deze halfautomatische machine bestaat

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 95