Als dan ook Sylvestre, na het succes van Taiersit, dadelijk een operatieplan indient om eerst de Beni Oulichek (Sp.Ulixek), dan de Beni Said onder rechtstreeksch gezag te brengen, en hierop telegrafisch machtiging vraagt, zendt Berenguer het hem terug met verzoek het plan met een nauwkeurige raming van den omvang der ontworpen operatie en van den. te overwinnen weerstand aan te vullen. Den 3den November komt het aange vulde plan terug en reeds den 12den dringt Sylvestre op een spoedige beslissing aan om de gunstige gelegenheid niet voorbij te laten gaan. Evenwel oordeelt Berenguer geenszins als Syl vestre over de urgentie van een actie in het Oostelijk gebied, voordat het probleem-Raissouli in het Westen is opgelost. Het laatste acht hij van grooter beteekenisimmers, hiermee tot een eind gekomen, beschikt men over de volle vrijheid en over zoo noodig alle krachten om zich met het Oosten bezig te houden bovendien heeft men met de Beni Said afgerekend, dan blijfi "Og het probleem van Alhucemas ter oplossing over. Toch brengt de Hooge Commissaris het plan-Sylvestre telegrafisch bij de Regeering voor, er als zijn advies aan toevoegend „Nu reeds aan de actie van Melilla uitbreiding te geven, is niet naar mijn inzicht, maar, aangezien het altijd te pas komt om alle terrein, dienstig voor gunstige gelegenheden, te bezetten, ga ik met de plannen van gen. Sylvestre accoord, als Uwe Excellentie er voor het oogenblik geen bezwaar in ziet". De Regeering laat de beslissing aan Berenguer en deze machtigt Sylvestre de operaties aan te vangen, evenwel met die restrictie, dat, voorafgaande aan elke beweging, een overzicht zal worden ingediend. Sylvestre dringt zonder verliezen door in het gebied der Oulichek. De houding der Beni Said biedt geen moeilijkheden, den 8sten December onderwerpt zich hun hoofd Si Kaddour Naamar, den llden worden, onder de zelfde gelukkige omstan digheden, Dar Qebdani en Alqazada Roja bezet en de Spaansche vlag op de Monte Mauro geheschen. Een hoofdoorzaak van dit gemakkelijk verkregen succes is echter de algemeen heerschende voedselschaarste, die van een guerilla doet afzien. De onderwerping der Beni Oulichek en Beni Said maakt het noodzakelijk hun gebied te dekken tegen mogelijke vijandigheden van de zijde hunner nog in verzet zijnde buren. Ook wenscht Sylvestre de gunstige omstandigheden verder uit te buiten door, zonder strijd, punten te bezetten, die van belang zijn voor de in het komend voorjaar te ondernemen operaties. Terwijl Beren guer in Januari 1921, te Madrid met verlof is, vraagt Sylvestre hem machtiging tot bezetting van Mehayast, Anoual, Sidi Hous- sein en Sidi Driss. Telegrafisch zendt de H. C. zijn toestemming op voorwaarde, dat rekening zal worden gehouden met de effectieven, waarover de Commandancia van Melilla beschikt en aanvulling uit de eigen middelen van dat commando voldoende verzekerd is. Deze beperking wekt in Spanje nogal opzien men stelt toch 182

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 10