middelen aan te geven, die m. i. het concours niet alleen op een hooger peil zouden brengen, maar ook een logischer grondslag zouden vormen. Naschrift van de Redactie. De redactie had het voorrecht over deze aangelegenheid van gedachten te kunnen wisselen met een erkend deskundige op dit gebied, die ons machtigde het volgende onder de aandacht van onze lezers te brengen. Inderdaad is het nummer dressuur voor vele paarden een uit het hoofd geleerd lesje, maar schrijver neemt aan dat de jury dat niet opmerkt en dat is niet juist. We moeten aannemen een competente jury. Als ieder een ander programma te rijden krijgt, zullen er weer zijn, die zeggen „ze maakten het mij moeilijk door me iets te laten uitvoeren, juist toen mijn paard een oogen- blik niet goed voorbereid was". Juist om dit te voorkomen lijkt een vooraf gesteld programma de eenige oplossing, dan weet iedereen wanneer zijn paard iets anders moet geven en kan 't tijdig voorbereiden. Maar er zijn zooals schrijver opmerkt, bij incompetente jury, kansen op poe- deldressuur zonder dat het in de cijfers tot uiting komt. Wat het jachtspringen betreft. Het zal niet te vermijden zijn, dat men hindernissen opzet en de natuurlijke hindernissen worden meestal williger gesprongen, aan de concours-hindernis sen. Wil men dus ook de dressuurgewilligheid beoordeelen dan is op zich zelf dit opzetten van kunstmatige hindernissen geen bezwaar. Cross. Zeker men kan ook wel iets anders geven, maar het is moeilijk een goed stuk uit te zoeken. Een opgang, als schrijver bedoelde hebben wij b. v. in 1925 gehad met een afgang en een sloot, al was de af- en opgang niet 8 maar 5 a 6 M. 244

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 72