Zijn oudste zoon Si Mohammed alias Si Mohand, later onder den naam van Abd el Krim zoo algemeen bekend geworden, werd na het eerste plaatselijk genoten godsdienstonderwijs door zijn vader naar de Karaouine-universiteit te Fes gezonden om daar de kennis op te doen, noodig voor het ambt van kadli. Na beëindigde studie werd hij door het Spaansch bestuur met open armen ontvangen en tot kadli te Melilla, later tot secretaris van het maghzen, benoemd. Ook was hij een tijd lang verbonden aan de Intervencion Militar (13) onder den kolonel Morales. Te Melilla verwierf Si Mohand zich gaandeweg veel invloed. Hij onderrichtte officieren in de landstalen en vervolledigde tegelijk zijn kennis van het Spaansch, werd zelfs medewerker aan het plaatselijke blaadje, Telegramma del Riff, en stelde zich van politiek, leger en bestuur haarfijn op de hoogte, zoowel uit de dagbladen, die hij las, als uit de gesprekken, die hij hoorde. In zijn opvolgende betrekkingen deed hij een grondige kennis op van de hangende kwesties, gevoeligheden en wrijvingen in Spaan- sche en inheemsche kringen. Hij kreeg statistische gegevens onder de oogen betreffende wapening en aanvulling der locale strijd krachten. Hij zag de verschillende politieke opvattingen in theorie en practijk en hunne zwakke punten. De avonturen van Raissouli met de Spaansche Regeering leerden hem, dat een zwak regiem zijne opposanten beter beloont dan zijne trouwe dienaren en openden hem uitzichten op de toekomst. Nog kon hij in zijn positie door adviezen, bemiddeling en voorspraak bij de Spaan sche autoriteiten zijn landslieden duizend diensten bewijzen en ze aldus aan zich verplichten. Zoo verkreeg Abd el Krim Jr. allengs een dubbele reputatie, nml. die van een Moslimsch geleerde, doorkneed in de leer, en die van een man, die door zijn intiemen omgang met de Roumi's zich hun wetenschap, waarvan de Rifanen de superioriteit in de practijk hadden moeten erken nen, had eigen gemaakt. Hiervan maakte Si Mohand gebruik om nationalistische propaganda in te enten op den bestaanden ka- firhaat, zooals nader zal worden aangetoond. Zijn jongere broeder Mhamed, later zijn rechterhand, kwam in nog nauwer contact met de Roumi's. Op kosten van de Spaan sche Regeering studeerde hij eerst te Malaga, daarna aan de school tot opleiding van mijningenieurs te Madrid. Met een enkel woord dient nog melding te worden gemaakt van den invloed der mijnconcerns. De Gebr. Mannesmann, bekend uit de Agadir-kwestie, hadden, nadat Duitschland in 1911 definitief de handen van Marokko had afgetrokken, gerekend op een krachtig Spaansch gezag, dat orde en rust, noodig voor de exploitatie hunner mijnconcessies, kon handhaven. Als de publieke opinie in Spanje zich afkeerig toont van expansie in het Rif en de 179 C3). Een slechte copie van de Fransche bureaux arabes.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 7