373
In Engelsche militaire kringen spreekt men momenteel van een vertrouwens
crisis van de tank en van de opleving van de cavalerie.
Revue militaire Suisse, No. 11. November 1928. „A propos d' arbitrage"
Schr. vindt het niet nuttig in de staven van een Brigade, regiment, groep
of bataljon een scheidsrechter in te deelenjin tegendeel moet ieder onderdeel
in het gevecht (dus: oefening) er een hebben. Hij geeft tot in détails aan de
taak van den scheidsrechter, zooals hij zich die denkt bij de compagnie inf.,
de compagnie mitr., de batterij art. en zegt o. a.: „In beginsel moet de scheids
rechter zich niet bezig houden met de gegeven bevelen maar uitsluitend met
de uitvoering ervan; het eenige dat meetelt in den oorlog".
Tactiek.
Mil. wissenschaftl. und techn. Mitt. Nov.-Dec. nummer 1928. „Der
Angrijf im Waldkampf'. Luit. kol. Kiszling.
„De tactiek verandert met het grooter worden van de wapenwerking. Wa
pentechniek en gevechtsvormen staan daarom in enge wederkeerige betrekking.
De tegenwoordige, bij de legers der staten-overwinnaars in den wereldoorlog,
vermeerderde invoer van moderne strijdmiddelen, in het bijzonder van
tanks vliegtuigen en strijdgassen, die het in 1918 als noodig geoordeelde
nog verre overtreft, maakt het verklaarbaar dat zich over het wezen van een
toekomstoorlog nog geen eenstemmig oordeel gevormd heeft. Het boschge
vecht zal het minst aan veranderingen onderhevig zijn, omdat tanks en
vliegtuigen, met name in dicht beboscht terrein, niet gebruikt kunnen worden.
De invloed die het bosch als bodembedekking steeds op het gevecht gehad
heeft, zal daarom in de toekomst nagenoeg dezelfde blijven".
Schr. zet uiteen hoe in 1914 het O. H. leger ten oorlog ging, opgeleid
volgens de voorschriften van het in 1914 ingevoerde ontwerp-reglement,
bespreekt kort de desbetreffende paragraaf en behandelt dan twee voorbeelden
uit Augustus 1914 nl. het boschgevecht bij Katy en het boschgevecht bij
Tolwarek Turyna.
In de slotbeschouwingen wordt overwogen of de tactische voorschriften
wijzigingen behoeven t. a. v. den strijd in bosschen, waarbij ook aan het
optreden der art. de noodige aandacht wordt geschonken.
All Schweizerische Militarzeitung, No. 12. December 1928. Die
taktische Verwendung der schweren Maschinengewehre im Angriff" door kapt.
Jauch. (comdt. eener mitr. Cie.). Naar aanleiding van een verslag overgehou
den oefeningen waarin (door een kolonel) werd opgemerkt „dat enkele batons
Comdtn nog altijd (als vóór de invoering der 1. mitr.) de zw. mitr. schematisch
over de inf. cieën verdeelden en daarmede dus hun belangrijkste strijdmiddel
uit de hand gaven"; „dat duidelijk is voorgeschreven dat de zw. mitr. het
middel vormen, waarmede debat. Cmdtzijn hoofdkracht op de doorhem gewilde
plaats tot uitdrukking brengt en dat het gebruik van de Cie. mitr. steeds een
voorname plaats inneemt in het gevechtsplan"; „dat het velddienstvoorschrift
wel aangeeft dat de ingezette compagnieën in den regel wel een mitr. sectie
van 2 stukken als eigen vuursteun toebedeeld krijgen en dat deze toebedeeling
echter niet tot een schema mag worden", heeft schr. zich ten doel gesteld
dieper op het gebruik van de Cie. zw. mitr. bij den aanval in te gaan, aangezien
het door de invoering van de 1. mitr. in het Zw. leger mogelijk is geworden,
de zw. mitr. wederom tot hun eigenlijke taak en bestemming terug te voeren
d. i. het gebruik der mitr. cie. als gevechtseenheid van het bataljon. Hierover
levert schr. lezenswaardige beschouwingen die in de aandacht van alle
lezers worden aanbevolen.
Mil. Wochenblatt No. 22. December 1928. „Der italienische Infan-
terie-Zug". Schr. vermeldt de uitgifte van het Italiaansche tactische voor
schrift voor de inf. sectie, waarin de nieuwe organisatie dier sectie is opgeno
men. De sectie bestaat thans uit een mitr. groep met 2 1. mitr. en 15 man,
en drie (geweer) groepen a 14 man. Totaal dus 57 man+2 1. mitr. Verder
zal het inf. geweer worden vervangen door een karabijn.