383 scheppen van betere voorwaarden (die blijkens de gegevens toch al zeer en zeer gunstig zijn, vergeleken bij ons moederlandsche en ons koloniale leger). Spoorweggeschut. Mil. wissenschaftliche und techn. Mitt., Jan. Febr. nummer 1929. Panzerzüge", kapitein li. Wagner. Door goed gebruik te maken van de beweeglijkheid beschermt de batterij zich zelf tegen art. vuur. „Bijzonder dankbare opdrachten vindt een dergelijke gepantserde trein in den stelling- en in den bewegingsoorlog, bij kustverdediging, in den vestingoorlog, bij het dekken van een terugtocht, bij steunverleenen, bij de bewaking van baanvakken, bij verkenningen, bij het onderdrukken van opstand, bij troepenverpleging en transporten". Na een kort geschiedkundig overzicht geeft schr. eenige typen van gep. treinen met schetsen toegelicht en behandelt eenige episoden uit gevechten door gep. treinen, waarin deze in nagenoeg alle bovengenoemde gevallen opdrachten hadden te vervullen. Spoorwegen. Mil. wissenschaftliche und techn. Mitt. Nov. Dec. nummer 1928. „Der Eisenbahnverkehr beim Znsammenbruch im Herbst 1918", Kol. Meister-Keu- tersheim. Schr. geeft een overzicht van de moeilijkheden, waarvoor de O.-H. spoorwegen stonden in de voor de centrale mogendheden noodlottige maanden op het einde van den wereldoorlog. Vliegerafweer. Mil. Wochenblatt, No. 28. Januari 1929. „Selbstschutz der Truppe gegen Flieoer". Schr. wijst erop dat de troep moet weten dat hij zichzelf tegen aanvallen van laagvliegende vliegtuigen moet en kan beschermen door mitr. of dicht geweervuur. Deze wetenschap beschermt den troep tegen een paniek. Een Fr. geschriftje van Luit. Kol. Deutz„Comment se défendre contre les avionsgeeft korte, duidelijke aanwijzingen voor commandanten van kleine afdn. voor groepscomdtn. en voor schutters. Na aangegeven te hebben op welke wijze men de hoogte van een vliegtuig ongeveer kan schatten wordt betoogd dat vuur van minstens 4 mitr. noodig is, 's nachts zelfs van 8 (met de vliegtuigen in het licht van de zoeklichten). Ook het vuur van een sectie met uitstekend geoefend personeel belooft succes, beneden de 400 M. ook een enkele mitr. In Fr. heeft elke batterij en lichte mun. col. een sectie van 2 zw. mitr. voor dit doel. Het geschriftje wil de vechtenden op den grond ervan overtuigen dat de vij. vliegers, nagejaagd door jachtvliegtuigen en in het vuur van afweer geschut °en mitr. alle verschrikkingen verliezen, welke overdreven toekomst schilderingen hen toeschrijven, aangenomen dat de troep zijn wapens weet rje gebruiken en de noodige voorzichtigheid in acht neemt. Bulletin Beige S. M. No. 6, December, 1928 en No. 7, Januari 1929. Emploi de la defense terrestre contre aéronefs". Maf Molhant. Schr. behandeltI. de opdrachten voor de luchtafweer (luchtbewakingsdienst en in lichtingendienstbeschermingsopdrachten); II. de middelen waarover die lucht afweer beschikt (actieve middelen afweerart. mitr. en zoeklichtenpassieve middelende ballon-beschermingsdienst, bijzondere camouflagemiddelen, indi- vidueele beschermingsmaatregelen); III. de werking van de luchtafweer; IV. de algemeene beginselen omtrent de opstelling der verdedigingsmiddelen (waarbij schr. onderscheidt: 1 de voorzone, blootgesteld aan vij. art. vuur en aan de voortdurende actie van vij. vliegtuigen; deze zone is 10 KM diep; 2. de zóne achter het front, op de voorgaande aansluitende en diep 40 KM. en alleen blootgesteld aan de met tusschenpoozen ingestelde actie door vij. vliegtuigen; 3. de zóne achter het leger en in het hart des lands, waarin de actie van de vij. luchtmacht zich slechts doet gevoelen in den vorm van raids, met grootere of kleinere tus schenpoozen ondernomen). In V, VI en VII bespreekt schr. de samenstelling, het gebruik der afweermiddelen in België, benevens wat naar zijn oordeel noodig

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 115