De rechter-sector, onder bevel van generaal Fernandez Perez,
bijgestaan door den majoor van den generalen staf Barroso, om
vatte de volgende colonnes:
Colonne van Afrau, aan boord van het eskader: Commandant
kolonel gen. staf Pardo, bestaande uit de harka Amar, de harka
Guelaya, een tabor van de mehalla, 2 cieën vrijwilligers, 1 mitr.
cie.,4 Lafitte-mortieren en 10 geweermitrailleurs;
lste Colonne van Quebdani, commandant kolonel Salcedo: Re-
gulares van Melilla, Tercio Extranjero, bataljons van de regimen
ten van San Fernando, Burgos en Guipuzcoa, afdeelingen bergar-
tillerie, ambulance en 2 heliografische stations;
2de Colonne van Quebdani, commandant kolonel der art. Seoane
Regulares van Alhucemas, bataljons van de regimenten van
Galicia, Asia en Garellano, 2 bergbatterijen, 1 bergambulance, 1
optisch seinstation;
Colonne van Kandoussi, commandant kolonel Morales: batal
jons van de regimenten van San Marcial, Gerona en Melilla, een
eskadron en een mitr. sectie van het regimentn van Farnesio,
een afdeeling van het 4de regiment lichte artillerie en een helio-
grafisch station.
De linkersector omvatte
Colonne van Tafersit, commandant kolonel Vera: bataljons van
de regimenten van Alava, Albuera en Africa, een tabor Regulares,
artillerietanks, een compagnie genie, een compagnie intendance
en een bergambulance.
De kolonel Nucheo, in reserve te Dar Drious, beschikte over 1
eskadron Regulares, 2 eskadrons van elk der regimenten van
Trebino en Lusitania, benevens pantserauto's tot dekking van
den linkerflank langs den weg Dar Drious-Batel-Monte Arouit.
De bewegingen werden geleid door den generaal Echague in
gezelschap van den generaal Castro Girona, chef van het militaire
huis van den Hoogen Commissaris.
Gedurende de voorafgaande twee dagen waren beide generaals
in voortdurend overleg en hadden in ruggespraak met den Hoo
gen Commissaris alle details geregeld, zij hadden de kampemen
ten bezocht, waaruit de troepen moesten vertrekken en bevelen
gegeven voor een vlotte concentratie. De laatste dagen was al
les, wat men gevraagd had, te Melilla aangekomen; de minister
van oorlog had met buitengewonen ijver gewerkt.
Den 22 sten, voor daglicht, zetten de colonnes zich in beweging.
Die van Salcedo had in opdracht een convooi van Dar Queb
dani naar Tifarouine te geleiden, de colonne Seoane zou haar
linkerflank dekken.
De colonne-Morales vertrok van Kandoussi naar Mizzian en
Taneris met opdracht den vijand tusschen Morabo en Djebel
Oudia in bedwang te houden en het verband tusschen de rechter-
en linkercolonnes te onderhouden.
281