1. ABD EL KRIM. door CAMURS. (met een kaartzie ook kaart in I. M. T. no. 3). De reprise van Tifaruin (Fr.Tifarouine). De ramp van Anoual, op den voet gevolgd door de capitulatie van Navarro, had in Spanje groote sensatie verwekt en ook daarbuiten de aandacht getrokken (2Z). Behalve een overweldigende hoeveelheid materieel had deze catastrophe het moederland 10.000 dooden gekost. Artikelen van den afgevaardigde in de Riu Libertad, interpellaties o. a. van den senator Primo de Rivera (23) vonden overal weerklank. Het kabinet-Allendessalazar moest aftreden en de eerste zorg van het nieuw opgetreden kabinet-Maura was om onderhandelingen met de Rifanen aan te knoopen over de vrij lating van Navarro c. s. Omtrent de verder te volgen politiek waren de meeningen verdeeld velen, w. o. de Minister van Marine, de markies de la Cortina, wilden het Rif loslaten, den opstan delingen zelfbestuur verleenen en Abd el Krim tot Khalifa benoemen. Daarentegen drongen Berenguer en de militaire partij (Africanistas) op reconquista, herovering der verloren posities, aan. Reeds had de Hooge Commissaris, na reorganisatie van zijn troepen, 270 (22) „La catastrophe d'Anoual, sans exemple dans l'histoire coloniale, ané- antissait toute l'oeuvre accomplie par l'Espagne depuis 1912. La Chrétienté voyait son prestige gravement atteint; la France se trouvait brusquement en face d'un péril imprévaAbd el Krim". de Ségonzac, L'énigme rifaine, p. 873. „L'Espagne perdait la quelque chose de plus que son argent et ses soldats!" Léon Rollin, L'Afrique Fran^aise. f23) De senator gl. Primo de Rivera, de latere dictator, had reeds als kapitein- generaal van Andalusie den 25sten Maart, 1917, voor het Spaansch-Amerikaansch genootschap te Cadiz een rede uitgesproken, waarin hij voorstelde Ceuta en Melilla te ruilen tegen Gibraltar. (Renseignements coloniaux, 1917, p. 159-168). Vijf jaar later hield hij, na de ramp van Anoual, in den Senaat een rede over het zelfde thema, waarin hij verklaarde, dat elke soldaat aan de overzijde der Straat een zwakheid voor Spanje uitmaakte en dit zich met het moederlandsch gebied, maar dan ook met het geheele gebied, Gibraltar inbegrepen, moest tevreden stellen. Deze rede behaagde Londen niet en viel evenmin te Madrid in goede aarde. De senator werd van zijn kapitein-genraalschap te Madrid ontheven, maar eenige maanden later te Barcelona in zijn rang hersteld. (Revue des deux mondes, 1928, p. 513).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 2