Zijn Westelijke buren, de Ghomara, doet de amrar door broer
Mhamed bewerken. Hun gebied behoort tot het presidio PerTon
de Velez en het is den verzetsleider bekend, dat Berenguer
met plannen rondgaat hier een basis te vestigen voor een on
derneming tegen Ajdir. Het uitzicht op buit is voor Rifanen
verlokkelijk en zoo is Ould Mhamed niet onfortuinlijk en brengt
in October een contingent Ghomara mede, dat bij Selouan strijdt.
Ook bij hun buren, de Khmes, wier gebied onmiddellijk aan Che-
chaouan grenst, is Mhamed's propaganda niet onvruchtbaar geweest.
Raissouli nochtans, hoewel genegen zijn dochter aan Abd el
Krim uit te huwelijken (2S), heeft, door Berenguer nog altijd en
échec gehouden, geen vrijheid van handelen. Reeds naar het
Fransch gebied der Boven-Ouergha heeft zich de propaganda
gericht, maar is hier vooralsnog gestrand bij den cherif Abd er
Rahman Derkaoui, kaid der Beni Zeroual.
Berenguer berust daar niet in, maar is in Januari 1922, in het
Westen Raissouli en échec, in het Oosten met de Beni Said
contact houdend, een operatie begonnen langs de Oued Lao om
aldus een barrière op te werpen tegen de naar het W. voort
woekerende propaganda. Abd el Krim zendt den Ghomara op
zijn beurt een contingent Beni Ouriaghel te hulp om Don Da-
maso's opmarsch naar Dar Akoba tot staan te brengen, maar
de amrar maakt zich noodeloos bezorgd, want onder invloed
van de onthoudingspartij heeft het ministerie-Maura te Pizarra
een conferentie bijeen geroepen, die, bijgewoond door Berenguer,
zal beslissen over te volgen politiek. Deze verwerpt de plannen
van Don Damaso ten faveure van een directe actie tegen de
baai van Alhucemas. Door den val van het kabinet-Maura krijgt
dit plan zelfs geen begin van uitvoeringslechts maakt de con
ferentie zich belachelijk door den gedelegeerde van het Roode
Kruis, majoor Fernandez Almeida, met een ultimatum naar Ajdir
te zenden, waarbij binnen veertien dagen uitlevering der gevan
genen tegen een losgeld van 4 millioen peseta's geëischt wordt.
De amrar beantwoordt dit op zijn beurt met een ultimatum, zoo
kras gesteld, dat niemand het wil overbrengen en alles loopt
uit op een wisseling van looze dreigementen _en het doorsnijden
van den telegraafkabel tusschen Ceuta en Penon de Alhucemas
door de Rifanen.
Het nieuwe ministerie-Sanchez Guerra wil het weer met on
derhandelen probeeren. Berenguer trekt daaruit de consequenties:
„Uit Spanje kwamen geruchten van op handen zijnde verande-
272
(25) Het pleit niet voor hun inlichtingendienst, dat de Franschen eerst bij
zijn onderwerping op 27 Mei 1926, vernamen, dat Abd el Krim sedert eind
1922 de schoonzoon van Raissouli was. (Illustration, 1926, p. 594). Ten
onzent vormt de kennis van de familierelaties der verzetsleiders terecht het
ABC van een inlichtingendienst. Had men Raissouli den schoonvader van
Si Mohand geweten, dan zou men zich zeker niet zoo lang door eerstgenoemde
om den tuin hebben laten leiden.
