voorzichtig: „Een klein schootsveld kan bovendien het voordeel
hebben, dat de voorste linie door het voorliggende bedekte terrein
beschermd wordt tegen vijandelijk artillerievuur". Men zij in dit
opzicht gewaarschuwd voor verrassingen. Een kampong-complex
op 200 M. voor die voorste linie dekt al niet meer tegen vuur uit
Veldartillerie, op 150 M. niet meer tegen vuur uit Bergartillerie,
terwijl die afstand bij vuur uit Veldhouwitsers nog kleiner wordt.
Bij al deze beschouwingen moet natuurlijk vooropgesteld worden
een juist gebruik van de Artillerie van den aanvaller; ze moet haar
stellingen kiezen op de beslissende gevechtsafstanden van maxi
mum 3 a 4 K. M. Kiest ze opstellingen op ondoelmatige afstanden
dan wordt uitwerking en spreiding zoodanig ongunstig beïnvloed,
dat het vorenstaand betoog grootendeels zijn waarde verliest
maar een dergelijk verkeerd gebruik van ons mooie wapen mogen
wij niet verwachten. Ons G. V. Mob. A. is te dien aanzien zeer
duidelijk, al wordt het desbetreffende punt nog al eens vergeten.
We lezen sub II D a aanval in punt 44: „Bij het bepalen der stel
lingen zullen deze al dadelijk (cursiveering van mij) zooveel naar
voren worden gekozen als de veiligheid zulks maar eenigszins ge
doogt, teneinde latere voorwaartsche verplaatsingen te voorkomen
of te beperken".
Resumeerend kom ik tot de volgende conclusie:
Bij een aanval op een verdedigende stelling zal het bij goede
waarneming en een juist tactisch gebruik van de Artillerie moge
lijk zijn, de Infanterie rechtstreeks te steunen tot het moment van
den stormaanval ook in vlak terrein.
Bijlage 1
Spreidingen in meters.
Granaatvuur
Afstand 3000
Afstand 4000
L. S. 50
H. S. 50
L. S 50
H. S 50
7,5 cM. Vd.
29
3,8
34
6,8
7,5 cM. Bg. lading 1
30
5,1
34
8,7
id. 2
30
7
49
18
id. 3
52
21
86
63
Bijlage 2.
Minimum afstand in meters, tusschen voorkant doel en eigen
troepen, als de kortst liggende granaat 5 M. boven het hoofd
van den staanden man moet blijven.
333