5. DE LEGERMANOEUVRES IN ZUID-LIMBURG. (1928).
door E.
In de maand September 1928 zijn onder leiding van den Com
mandant Veldleger (C. V.) in Nederland groote manoeuvres ge
houden in het Zuiden van Limburg.
De bespreking dezer manoeuvres met de hoogere troepencom
mandanten en hunne staven door den C. V. had in December d.a.v.
gedurende een tweetal dagen te 's Gravenhage plaats.
Schrijver dezes had het voorrecht als Indisch officier bij de
manoeuvres en de bespreking tegenwoordig te mogen zijn en ver
meent goed te doen, met de voornaamste punten van bespreking
hier in het kort weer te geven.
Als algemeene oorlogstoestand voor den eersten manoeuvredag
was aangenomen, dat een Blauwe (West) en een Roode (Oost)
partij elkaar in evenwicht hielden. Bij Blauw kreeg een divisie-
groep (i), komende uit W. richting opdracht om zich naar een
bepaalde lijn te begeven, zuidelijk van bovenbedoelde strijdende
hoofdmachten.
Bij Rood stonden hiertegenover sterke lichte horizontale troepen,
de z. g. n. Lichte Brigade, waarvan de vooruitgeschoven afdeelingen
reeds voeling hadden verkregen met de Blauwe infanterie.
De opmarsch van de Blauwe divisiegroep geschiedde met een
divisie Noord en een divisie Zuid van een opgegeven scheidingslijn.
De bevelen voor dezen opmarsch waren door den divisiegroeps
commandant reeds vroegtijdig uitgegeven, toch waren de bevelen
bij enkele lagere commando's eerst zeer laat binnengekomen; dit
gold in het algemeen nog meer voor den tweeden manoeuvredag.
Ook waren zoo goed als geen voorloopige bevelen verstrekt ter
bepaling van het uur van afmarsch, c. q. opstelling in de marsch-
colonne enz.
Indien bevelen uitblijven moeten ondercommandanten er om
vragen. Er werd op gewezen, dat de hoogere commandanten gedu
rende den tijd welke er moet verloopen tusschen het gereedmakerr
c. q. de uitgifte van de bevelen en het tijdstip, dat aan die bevelen
een begin van uitvoering kan worden gegeven, zich onder hunne
troepen moeten begeven, ten einde deze zoo noodig een hart onder
den riem te steken en niet den indruk te wekken, dat zij de ge
vaarlijke zones in voorste linie schuwen.
Een divisie-groep bestaat uit 2 divisiën met div.-groeps-artillerie enz.
336
