497
1. het ontbreken van den niet hoog genoeg te schatten moreelen steun aan
de voorste strijdende compagnieën, wanneer de zw. mitr. achter biijven.
2. de onmogelijkheid van zeer snelle vuuropening en leiding op bewegelij
ke infanterie-doelen
3. het buitengewoon hooge munitie-verbruik waartegen noch de munitie-
voorraad, noch de munitie-trein, noch het zw. mitr.-materieel en het reserve-
materieel zijn opgewassen.
Mavors No. 3, Maart 1929. Over de samenwerking van infanterie en
artillerie, en nog wat", Maj. gen. staf W. F. Sillevis.
Schr. wil niet dat een lezer zijne losse aanteekeningen zal beschouwen als
een schema of recept „om het in elk voorkomend geval toe te passen" omdat
niets noodlottiger (is) dan een min of meer stroef schema voor de oplossing
van de tallooze vraagstukken omtrent de regeling van de samenwerking". Schr.
kiest als voorbeeld de niet volledig voorbereide samenwerking bij rechtstreek-
schen steun en laat het geval van „onder de bevelen stellen" buiten beschou
wing, omdat dit minder moeilijkheden oplevert dan het samenwerken met art.
voor rechtstreekschen steun. Schr. stelt den lezer in de plaats van den comdt.
van een voorregiment inf., die bij den aanval in den bewegingsoorlog een
afdeeling art (Veld), tot rechtstreekschen steun toegewezen krijgt en werkt
daarna de vragen uit, die zich zullen voordoen aan dien comdt. nl.:
A. Hoe is mijn verbinding met de artillerie?
B. Hoe moet ik mijn verzoeken om vuur inkleeden, opdat misverstand uitge
sloten zij?
C. Hoe en wanneer reageert de artillerie op mijn aanvragen?
In hetzelfde Mavorsnummer geeft Kapitein S. Veldmeijer in Frontaal- fchar-
peerend- en enfileerend vuurbeschouwingen over hetgeen men onder deze
vuursoorten (wat de richting betreft) heeft te verstaan.
Mil. Wochenblatt. No. 39, Februari 1929. Werden wir noch mar schier en?"
De schr. waarschuwt reeds nil rekening te houden met omstandigheden,
waaronder in een toekomstoorlog troepenverplaatsingen zullen moeten geschie
den. Die omstandigheden maken het noodzakelijk de marschen z. v. m. te be
veiligen tegen vuur op groote afstanden en vliegeraanvallen. Daarom is het
marcheeren met een divisie in den tegenwoordigen tijd uitgesloten te achten.
Qrootere colonnes dan een versterkt regiment zijn niet meer toelaatbaar. Schr.
geeft aan op welke wijze er gemarcheerd moet worden, daarbij steeds terug
komende op het beginsel den vijand zoo klein mogelijke doelen te bieden,
zoowel voor art. als voor het luchtwapeu.
La Revue d'infanterie No. 436, Januari 1929. Emploi tactique des
mitrailleuses"kolonel Tonnet.
De redactie geeft in een noot bij dit artikel aan dat zij met het plaatsen
van dit artikel voortgaat op de wijze als begonnen werd in het nummer
van October 1928, waarin, met het doel de kaderopleiding te vergemak
kelijken, een studie werd gepubliceerd van Kolonel Touchon, en van Novem
ber en December, waarin werd opgenomen een tactisch-applicatorische studie
van commandant X., die daar een vervolg op was. De drie studies bijeen
voegend heeft men alle benoodigde gegevens voor een vruchtdragende
bestudeering van de vuurplannen binnen het regiment inf. en om die bestu
deering te illustreeren met één historisch voorbeeld en twee veronderstelde.
Schr. begint een kort geschiedkundig overzicht te geven van het gebruik
van mitr. in de verdediging gedurende den oorlog 1914—1918, bespreekt dan
de principes waarop het vuurplan der infanterie moet berusten en geeft ver
volgens als voorbeeld een vuurplan van een bataljon inf. dat deel uitmaakt
van een regiment in een hardnekkige verdediging. Het artikel wordt vervolgd.
In het zelfde nummer van de Revue d'infanterie troffen we aan Appui
direct et accompagnement immédiat de l'infanterie. Cas concret d'un passage
de riviere", kapitein der art. L. Servat.
In het Juli-nummer 1928 verscheen een verhandeling overeen rivierovergang
door de inf. Schr. van het bovengenoemde artikel heeft zich ten doel gesteld
de taak van artillerie, die in hetzelfde geval had kunnen optreden, in beschou-